Uitspraak ingezonden door Stijn Debaene en Hakim Haouideg, Fieldfisher
Slogan 'Omdat jij het bent' maakt inbreuk op MERCI, DAT JIJ ER BENT
Voorz. NL Rechtbank van Koophandel Brussel 17 maart 2016, IEFbe 1773; IEF 15887 (August Storck tegen Leonidas)
Merkenrecht. Slogans. Inbreuk op bekend merk. Verwateringsgevaar. Art. 2.20 lid 1 sub c BVIE. De rechtbank stelt vast Leonidas met zijn slogans zonder geldige reden inbreuk maakt op meerdere (oudere en bekende) merken van Storck. Zo pleegt Leonidas o.a. met de slogan “Omdat jij het bent” inbreuk op het merk van Leonidas: “MERCI, DAT JIJ ER BENT”. De rechtbank overweegt dat het gebruik er toe kan leiden dat de normaal geïnformeerde consument zou kunnen geloven dat het ingeroepen merk geen merk is, maar een algemene slogan. Dit gebruik vermindert het onderscheidend vermogen van het bekende merk en doet dus afbreuk daaraan. Er bestaat een reëel risico op verwatering van het ingeroepen merk. Hiermee is de inbreuk o.g.v. art. 2.20 lid 1 sub c BVIE gegeven.
Bijdrage ingezonden door het CMS Data Protection Team.
Datalekken: wereldwijde praktijkgids voor de privacy-jurist
The World Law Group stelt via de 'Global Guide to Data Breach Notifications 2016' essentiële informatie beschikbaar voor organisaties die geconfronteerd kunnen worden met datalekken in één of juist meerdere landen. De gids geeft een samenvatting van relevante wetgeving, eventuele meldplichten en contactgegevens van de relevante autoriteiten voor gegevensbescherming in 60 landen. Tevens is een hoofdstuk opgenomen met actuele ontwikkelingen binnen de Europese Unie. Op deze website kunt u daarnaast rapporten vinden over nieuwe ontwikkelingen, achtergronden en analyses van de 54 member firms van de World Law Group. De gids wordt gratis ter beschikking gesteld.
Verspreidingsverbod uit eenzijdig verzoekschrift tegen parodie-editie METRO ingetrokken
Pres. Tribunal de première Instance Francophone Bruxelles 10 (requête unilatérale) et 18 mars 2016; IEFbe 1770 (Tout Autre Chose - Hart boven hard)
Legalworld: Enkele weken geleden konden de treinreizigers in de grote Belgische stations naast de gewone gratis krant Metro ook een tweede alternatieve Metro aantreffen, volledig gewijd aan de nakende besparingen bij de NMBS. Bij de uitgever van de ‘echte’ Metro schoot dat in het verkeerde keelgat. Via een procedure op eenzijdig verzoekschrift werd een verspreidingsverbod opgelegd aan de parodie. Een week later, na een procedure op tegenspraak, werd de maatregel ingetrokken wegens manifeste aantasting van de pers- en expressievrijheid.
Gemeenschappelijke communicatie CP6
Vandaag is door alle deelnemende bureaus binnen het European Trade Mark and Design Network in het kader van het Convergentieprogramma een nieuwe Gemeenschappelijke Communicatie gepubliceerd. Deze heeft betrekking op de weergave van modellen. De hoofddoelstellingen van het Convergentie Project-6 zijn:
Vraag aan HvJ EU: Teken dat bestaat mogelijk als geografische indicatie moet worden gezien
Prejudiciële vragen gesteld aan HvJ EU 15 februari 2016, IEF 15868; IEFbe 1768; C-139/16 (Moreno Marin)
Merkenrecht. Geografische indicatie. De drie verzoekers hebben een vordering tot staking ingesteld tegen verweerster Abadía Retuerta wegens inbreuk op verzoekers industriële eigendomsrechten en oneerlijke mededinging wegens oneigenlijk gebruik van het begrip domein in combinatie met het merkteken. Het merk ‘La Milla de Oro’ (klasse 33, wijnen) van verzoekers is op 23-04-2009 geregistreerd bij het SPA octrooibureau. Eerst op naam van eerste verzoeker, en op 26-11-2009 overgedragen aan medeverzoeker Cárdaba. Verweerster stelt kwade trouw bij registratie van verzoekers aanvraag tot registratie van de merken ‘La Milla de Oro’, ‘Abadía de Retuerta’ en ‘Balneario Retuerta’. In reconventie eist zij nietigverklaring van de inschrijving van ‘La Milla de Oro’ omdat het om een herkomstaanduiding gaat, hetgeen in strijd is met de SPA merkenwet. Verzoekers tonen aan dat zij de inschrijving van ‘Abadía de Retuerta’ hebben ingetrokken en voor ‘Balneario Retuerta’ inschrijving in een andere klasse was gevraagd (44 = diensten van kuuroorden) maar dat inschrijving voor klassen 33 en 34 werd gegeven omdat niet was voldaan aan de inschrijvingseisen voor klasse 44. Het teken ‘La Milla de Oro’ hebben verzoekers ook gebruikt voor inschrijving in andere klassen, zoals 16 (publicaties), 39 (excursies), 43 (restauratie) enz. Verzoekers ontkennen kwade trouw bij aanvraag. De handelsrechter wijst op 29-07-2014 verzoekers vordering af en de vordering in reconventie toe. De inschrijving ‘La Milla de Oro’ wordt nietig verklaard wegens de herkomstaanduiding. Over de andere merken wordt geen uitspraak gedaan. Verzoekers gaan in beroep bij de verwijzende rechter.
Gestelde vragen:
1. Omvat het verbod als bedoeld in artikel 3, lid 1, onder c), van richtlijn 2008/95 mede het gebruik van een teken dat verwijst naar het kenmerk van waren of diensten dat deze in overvloed op een en dezelfde plaats kunnen worden aangetroffen met een hoge waarde en kwaliteit?
2. Is een dergelijk teken aan te merken als een teken waarmee de plaats van herkomst wordt aangeduid, aangezien de concentratie van waren of diensten zich steeds voordoet op een bepaalde locatie?
Bijdrage ingezonden door Bernt Hugenholtz, IViR/ KluwerCopyrightBlog.
Bernt Hugenholtz - Say Nay to the Neighbouring Right
The European Commission keeps sending us surprises. After December’s Communication on Modernizing Copyright, which contained a mixed bag of copyright goodies, we had expected just about anything but the announcement that followed on March 23rd. The European Commission has launched a public open consultation on ‘the possible extension’ of neighbouring rights to publishers. As we all know, neighbouring (or related) rights at EU level are currently confined to four categories: performing artists, phonogram producers, broadcasters and film producers. Apparently, someone has convinced the Commission that extending this regime to publishers might be a good idea.
Publieke consultatie over evaluatie en review van ePrivacy-verordening
Consultatie 12 april tot 5 juli 2016 (evaluatie en review van ePrivacy-verordening)
In 6 May 2015, the Commission adopted the Digital Single Market (DSM) Strategy, which announced that, following the adoption of the General Data Protection Regulation, the ePrivacy rules would also be reviewed. The review of the ePrivacy Directive is one of the key initiatives aimed at reinforcing trust and security in digital services in the EU with a focus on ensuring a high level of protection for citizens and a level playing field for all market players. The review will be preceded by a Regulatory Fitness and Performance Programme (REFIT), which aims at evaluating the performances of the current legislation against criteria such as efficiency, effectiveness and EU added value. The Commission is now consulting stakeholders on both the retrospective evaluation and the possible changes to the current ePrivacy Directive. The Commission will use the feedback from the consultation to prepare a new legislative proposal on ePrivacy, which is expected by the end of 2016.
Relevante elementen die afwijken van model zijn uitsluitend technisch bepaald
Hof Den Haag 29 maart 2016, IEF 15864; IEFbe 1765; ECLI:NL:GHDHA:2016:928 (KOZ tegen Adinco)
Modellenrecht, auteursrecht en slaafse nabootsing. De voorzieningenrechter wees de vorderingen terecht af [IEF 14687], het technisch kenmerk van kabelblokmodel kan niet bijdragen aan eigen karakter. De relevante elementen van de Gemeenschapsmodellen die afwijken van het Formzeug-kabelblok zijn alle uitsluitend door een technische functie bepaald, zodat kans is dat de Gemeenschapsmodellen vanwege ontbreken eigen karakter in een bodemprocedure nietig zullen worden verklaard. Dit geldt eveneens voor de vordering gestoeld op het auteursrecht. Het enkel nabootsen van de KOZ-Uni op de wijze waarop Adinco dat gedaan heeft, leidt niet tot bescherming op grond van slaafse nabootsing. Het Hof bekrachtigt de afgewezen vorderingen.
Inbreukverbod Uniemerken BACARDI voor plaatsing goederen onder de accijnsschorsingsregeling
Rechtbank Den Haag 13 april 2016, IEF 15862; IEFbe 1764; ECLI:NL:RBDHA:2016:3789 (Bacardi tegen Seva)
Merkenrecht. Parallelimport. Merkenrechtelijke status van accijnsgoederen. Het HvJEU IEF 15117, IEF 14058 heeft beslist dat de merkhouder zich ertegen kan verzetten dat een derde van het merk voorziene goederen onder de accijnsschorsingsregeling laat plaatsen na ze, zonder toestemming van die houder, de EER heeft doen binnenbrengen en in het vrije verkeer heeft doen brengen. De rechtbank veroordeeld Seva om inbreuk op de Uniemerken BACARDI, DEWAR’S en BOMBAY SAPPHIRE te staken en gestaakt te houden die niet door Bacardi of met haar toestemming in de EER in de handel zijn gebracht. Er wordt een opgaveplicht opgelegd.
Garanties consumptiegoederen ziet ook op handelaar die in naam van particulier koopt
Conclusie AG 7 april 2016, IEFbe 1732; RB 2698; ECLI:EU:C:2016:217 (Wathelet tegen Garage Bietheres)
Prejudiciële vragen gesteld door Cour d’appel de Liège, België. Het lijdt geen twijfel dat een consument die een consumptiegoed koopt van een andere particulier, niet de bescherming geniet van richtlijn 1999/44/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 mei 1999 betreffende bepaalde aspecten van de verkoop van en de garanties voor consumptiegoederen(2). Geldt dat echter ook wanneer een handelaar bij de verkoop handelt in naam en voor rekening van een particulier en zich aan de consument als de verkoper voorstelt? Dat is de vraag die in de onderhavige zaak aan de orde is. Conclusie AG:
Artikel 1, lid 2, onder c), van richtlijn 1999/44/EG van het Europees Parlement en de Raad van 25 mei 1999 betreffende bepaalde aspecten van de verkoop van en de garanties voor consumptiegoederen moet aldus worden uitgelegd dat het mede ziet op de handelaar die in naam en voor rekening van een particulier handelt, los van het feit of hij voor zijn bemiddeling wordt vergoed, voor zover de tussenpersoon de indruk geeft als verkoper te handelen wanneer hij zich aan de consument voorstelt.