Prejudiciële vragen over machtsmisbruik Letse collectieve beheersorganisatie met hoge billijke vergoeding
Prejudiciële vragen HvJ EU 29 april 2016; IEF 15934 ; IEFbe 1792; zaak C-177/16 (Latvijas Autoru)
Mededingingsrecht (102 VWEU). Collectief beheer. Vragen over misbruik machtspositie Letse Buma/Stemra en uitleg begrip billijke vergoeding voor auteursrechten. Geen rekening houden met tarieven buurlanden. Berekening omzet voor boete. Verzoekster is de Letse BUMA/STEMRA. Zij krijgt een boete opgelegd wegens het volgens de Letse mededingingsautoriteit toepassen van onbillijk hoge vergoedingen (auteursrechten). De boete is berekend op basis van verzoeksters omzet, inclusief de als auteursvergoeding geïnde bedragen. Verzoekster kan als enige organisatie licenties verlenen voor openbare uitvoering van muziekwerken. Zij heeft al eerder (in 2008) een boete opgelegd gekregen wegens misbruik van haar machtspositie wegens de door haar gehanteerde buitensporig hoge tarieven. Ook toen werd de boete berekend op basis van haar omzet, maar exclusief de als auteursvergoeding geïnde bedragen. In 2011 heeft zij nieuwe tarieven vastgesteld, naar aanleiding waarvan verweerster in 2012 een procedure heeft ingeleid. Verweerster stelde onder meer vast dat in vergelijking met buurlanden verzoeksters tarieven aanzienlijk hoger waren en dit door verzoekster niet kon worden gerechtvaardigd. Verzoekster blijft het oneens met de door de rechter toegestane vergelijking met de buurstaten en wijst onder meer op arrest C-245/00 [IE-klassieker naburige rechten] (geen verplichting rekening te houden met tarieven van buurlanden).
Geen onderscheidend vermogen KNOPPERS achtergrond van verpakking
Gerecht EU 10 mei 2016, IEF 15933; IEFbe 1791; ECLI:EU:T:2016:284; T-806/14 (KNOPPERS)
EU merk. Beeldmerk bestaand uit een wit-en-blauwe achtergrond in vierkantgevormde verpakking. Het ontbreekt aan onderscheidend vermogen. Het Gerecht EU bevestigt dat oordeel. Voor bewijs was een survey overlegt die alleen in Duitsland was uitgevoerd.
Bijdrage ingezonden door het [CMS Data Protection & Privacy team]
GDPR Transponeringstabel: What's old?
Sinds vorige maand staat de tekst van de EU Privacy Verordening ('GDPR') vast en weten we hoe de regels eruitzien die in 2018 in werking treden. Veel daarvan is echter gelijk aan de nu geldende EU Privacy Richtlijn ('95/46'), waarop ook de huidige Nederlandse Privacy wet ('Wbp') is gebaseerd. Als gevolg daarvan blijft veel van de tot nu toe gevormde juridische theorie en praktijk ook straks relevant. Wij merken in de praktijk dat het handig is om snel te kunnen schakelen tussen de vindplaatsen in GDPR, Richtlijn 95/46 en de Wbp. CMS stelt daarom graag de GDPR Transponeringstabel beschikbaar voor geïnteresseerden.
De Nederlandstalige versie (GDPR/Richtlijn/Wbp) kan [hier] direct worden gedownload.
De Engelstalige versie (GDPR/Richtlijn) kan [hier] direct worden gedownload.
Uitspraak ingezonden door Jacqueline Schaap, Visser Schaap & Kreijger.
Bij onduidelijkheid over merkenrechtelijke aanspraken past geen voorlopig voorziening voor de Europese markt
Hof Amsterdam 26 april 2016, IEF 15926; IEFbe 1789 (Bio World Merchandising tegen Sunset-Bioworld Europe)
Merkenrecht. Handelsnaamrecht. Onrechtmatige daad. De voorzieningenrechter [IEF 15367] verbood gebruik van de door Merchandising ontwikkelde ontwerpen en de indruk te wekken nog steeds deel uit te maken van de distributieorganisatie van Merchandising. Of er een winnaar uit de juridische strijd om de Benelux en Europese merken op het teken BIOWORLD komt, is onzeker. Het BBIE heeft de inschrijving geweigerd en het Amerikaanse woordmerk is mogelijk te kwader trouw gedaan. Gezien de onduidelijkheid omtrent de merkenrechtelijke aanspraken, is een voorlopige voorziening die partijen belet van gebruikmaking van de naam/het teken niet gepast. Het hof vernietigt het vonnis waarvan beroep en wijst de vorderingen alsnog geheel af.
EU-Rapport over inbreuk op Beschermde Geografische Aanduidingen
EUIPO Report Executive Summary, Infringement of protected GIs for wine, spirits, agricultural products and foodstuffs in the EU, april 2016.
In the European Union (EU), Geographical Indications (GIs) for wine, spirits, agricultural products and foodstuffs are protected as sui generis intellectual property rights that act as certification that certain products possess particular qualities, characteristics or reputation essentially attributable to their geographical origin and method of production.
The main objective of this study is to assess the size and value of the EU GI product market and the proportion of products in that market that infringe GIs protected in the EU. The impact of these infringements on EU consumers is also estimated.
HvJ EU: Geen informatie of merken op etikettering, buitenverpakking of op tabaksproducten zelf
HvJ EU 4 mei 2016, IEF 15923; IEFbe 1787; LS&R 1312; RB 2710; C-547/14; ECLI:EU:C:2016:325 (Philip Morris Brands e.a.)
Productie, presentatie en verkoop van tabaksproducten. Verdere voorschriften voor zover niet geharmoniseerd mag. Artikel 13 verbiedt dat informatie, maar ook merken, namen en symbolen op etikettering van verpakkingseenheden, op de buitenverpakking en op de tabaksproducten zelf wordt aangebracht, ook al is deze feitelijk juist. Het hof verklaart voor recht:
Conclusie AG: Geen kopieerheffing voor apparaten die duidelijk niet voor privékopie gebruikt worden
Conclusie AG HvJ EU 4 mei 2016, IEF 15922; IEFbe 1786; ECLI:EU:C:2016:326; C-110/15; (Nokia Italia e.a. tegen SIAE)
Thuiskopie. Auteursrecht. Zie eerder IEF 14904. Bepaling van de criteria voor vrijstelling vooraf van de heffing door middel van particuliere overeenkomsten. Vrijstelling mag niet overgelaten worden aan onderhandelingen, geen stelsel van verzoek tot terugbetaling onterecht betaalde heffing beperkt tot de eindgebruiker. Conclusie AG:
1) Artikel 5, lid 2, onder b) [InfoSocrichtlijn] verzet zich tegen een stelsel van billijke compensatie waarin een kopieerheffing zelfs is verschuldigd voor installaties, apparaten en dragers die duidelijk voor andere doelen dan het kopiëren voor privégebruik zijn aangeschaft, en waarin een eventuele vrijstelling van die heffing wordt overgelaten aan onderhandelingen tussen de organisatie die de heffing beheert en de compensatieplichtige personen.
Bijdrage ingezonden door Paul Steinhauser, advocaat.
Paul Steinhauser - Reactie op Kort Commentaar bij artikel 18 nieuwe Merkenrichtlijn
De houder van het jongere merk behoudt het niet-inbreukverweer dat hij had ten tijde van de inschrijving. Evert van Gelderen en Elise Menkhorst leverden commentaar op artikel 18 van de nieuwe Merkenrichtlijn (NMR) [IEF 15798]. Volgens hen had lid 3 van dit artikel beter kunnen worden weggelaten en in ieder geval van een toelichting moeten worden voorzien. Dit vraagt om een reactie, omdat dit een aanwijzing vormt dat zij het artikel niet, althans niet helemaal hebben begrepen.
Het nieuwe artikel 18 draagt als titel “Recht van de houder van een later ingeschreven merk om tussen te komen als verweer in een inbreukprocedure”. Deze titel vind ik niet bepaald verhelderend over de betekenis van het artikel. De strekking ervan wordt duidelijker bij lezing van paragraaf 30 van de considerans van de richtlijn:
Décision envoyée par Philippe Laurent, MVVP.
Ordre de cesser l’usage de la marque « Verabel » comme AdWord
Cour d'appel de Mons 16 novembre 2015, IEFbe 1784 (Verabel contre Verandas Confort)
Adwords. Les parties sont deux sociétés spécialisées dans la fabrication et la vente de vérandas et pergolas. Depuis 2013, la défenderesse enregistra et utilisa l'adword « verabel » afin de faire apparaître sa publicité comme premier résultat dans le moteur « Google » lors d’une recherche sur le terme « verabel ». Verabel lança une action en cessation afin de faire stopper cette pratique (en invoquant, entre autres, ses droits de marques et les règles en matière de publicité comparative). Le tribunal de première instance rejeta la demande. La Cour d’appel a réformé cette décision, ayant égard au risque de confusion et à l'atteinte à la fonction d'indication d'origine de la marque. En appliquant la jurisprudence de la CJUE (Interflora, Berspechte, Google, etc.) la Cour d’appel a confirmé que l'appelante pouvait valablement s'opposer, sur la base de l'article 2.20.1 b CBPI, à l'usage litigieux de l'adword "VERABEL".
In de tijdschriften april 2016
Hieronder een selectie van de hoofdartikelen uit de vakbladen van deze maand. Voor de losse tijdschriftensites dient u apart in te loggen.
Inhoud AMI 2016-2: www.ami-online.nl
Artikel- De ontsporing van het begrip databank. Enige bedenkingen bij HvJEU Freistaat Beieren/Verlag Esterbauer - M.M.M. van Eechoud
Jurisprudentie
Nr. 3 • Rb. Amsterdam 21 maart 2016, Van Huut/CRI Residence Amstelveen B.V. m.nt. J.J.C. Kabel
Nr. 4 • Hof Arnhem-Leeuwarden 2 februari 2016, Simonis & Buunk/Pictoright m.nt. Th. M. de Boer
Commentaar
Conclusie A-G Wathelet 7 april 2016, Geen Stijl/Sanoma met commentaar M.R. de Zwaan