Nietigverklaring van het EU-merk ‘RDME’ wegens beschrijvend karakter
Gerecht EU 22 juli 2025, IEF 23038; IEFbe 4017; ECLI:EU:T:2025:765 (Oberon Fuels, Inc. tegen EUIPO en Dimeta BV). Oberon Fuels had in de EU het woordmerk “RDME” laten registreren voor brandstoffen (o.a. dimethyl ether en hernieuwbare/biofuels). Dimeta BV vroeg in 2023 om dat merk nietig te verklaren bij het EUIPO. Het EUIPO vond dat RDME niet als merk had mogen worden ingeschreven, omdat het beschrijvend is: volgens het Bureau zal een relevant deel van het gespecialiseerde, Engelstalige publiek in de EU “RDME” lezen als “rDME”, een gebruikelijke afkorting voor “renewable dimethyl ether”, oftewel hernieuwbare dimethylether, een soort brandstof. Zo’n aanduiding beschrijft rechtstreeks het type brandstof en niet de commerciële herkomst. Het EUIPO verklaarde het merk daarom nietig op grond van artikel 7(1)(c) van de Uniemerkenverordening (beschrijvend karakter) en ook vanwege gebrek aan onderscheidend vermogen. Oberon ging daartegen in beroep bij de kamer van beroep van het EUIPO en daarna in beroep bij het Gerecht van de EU (zaak T-512/24), en vroeg om vernietiging van de beslissing.
Gerecht EU: mate van bekendheid Puma SE onjuist beoordeeld
Gerecht EU 22 oktober 2025, IEF 23033; IEFbe 4016; ECLI:EU:T:2025:976 (Puma SE tegen EUIPO, CMS). Puma SE verzoekt in dit merkenrechtelijk geschil vernietiging van een beslissing van de Kamer van Beroep. CMS Costruzione macchine speciali SpA had een merk ingeschreven voor de klassen 7, 11 en 37. Puma SE voerde oppositie op grond van een ouder bekend merk. De Kamer wees deze oppositie af op de grond dat de bekendheid van de oudere merken niet was aangetoond. Puma SE voert één middel aan: schending van artikel 8, lid 5, van verordening nr. 207/2009. Dit enige middel bestaat uit vier onderdelen, ten eerste de overeenstemming van de conflicterende merken, ten tweede de mate van bekendheid van de oudere merken, ten derde het bestaan van een verband tussen de conflicterende merken en, ten vierde het bestaan van een inbreuk op de reputatie van de oudere merken. Het Gerecht behandelt eerst de mate van bekendheid van de oudere merken. Puma SE voert aan dat de Kamer hier een onjuiste beoordeling heeft gemaakt.
Union-IP: Autumn Round Table on Trademarks and Designs
UNION-IP organiseert op vrijdag 14 november 2025 een Round Table: IP lessons learned from shoes.
Locatie:
The Eye Filmmuseum
IJpromenade 1, 1031KT Amsterdam (NL)
Organised by the UNIONIP Trademarks and Designs Commissions with the support of the UNION IP Netherlands national group
Gerecht EU: merken "WARDOGS" en "WATCHDOGS" stemmen te veel overeen
Gerecht EU 15 oktober 2025, IEF 23016; IEFbe 4013; ECLI:EU:T:2025:956 (Bulkhead tegen EUIPO, Ubisoft Entertainment). Bulkhead verzoekt in deze procedure een nietigverklaring van een beslissing van de Kamer van Beroep. In die beslissing werd de aanvraag voor het merk "WARDOGS" afgewezen voor de klassen 9 en 41. Ubisoft Entertainment heeft namelijk een geregistreerd Uniemerk voor "WATCH DOGS" ook voor de klassen 9 en 41. Bulkhead betwist dat de Kamer ten onrechte heeft geoordeeld dat er sprake zou zijn van verwarring. Zij voert aan dat de tekens visueel, auditief en begripsmatig onvoldoende overeenstemmen.
Gerecht EU: niet-ontvankelijkheid van te laat ingediend beroep tegen nietigverklaring gemeenschapsmodel
Gerecht EU 8 oktober 2025, IEF 23006; IEFbe 4012; ECLI:EU:T:2025:946 (Doors Buglaria EOOD tegen EUIPO, Top Ten EOOD). Doors Bulgaria verzoekt vernietiging van een beslissing van de Kamer van Beroep. Doors Bulgaria had een EU-model geregistreerd voor deuren. Top Ten diende in 2023 een verzoek tot nietigverklaring in tegen dit model. De Invalidity Division verklaarde in 2024 het model nietig wegens het gebrek aan nieuwheid. Tegen deze nietigverklaring stelde Doors Bulgaria beroep in op 29 februari. Zij dienden op 27 mei de gronden van het beroep in. De Kamer verklaarde het beroep niet ontvankelijk, omdat het schriftelijke beroepschrift buiten de wettelijke termijn van vier maanden na kennisgeving was ingediend. Volgens het EUIPO vond kennisgeving plaats op 9 januari, zodat de termijn afliep op 10 mei. Doors Bulgaria stelt dat de termijn pas ging lopen op 29 februari, de datum waarop zij feitelijk kennis kreeg van de beslissing. EUIPO en Top Ten betwisten dit.
Online Update European Accessibility Act op dinsdag 21 oktober 2025
Op 28 juni van dit jaar is de Europese richtlijn toegankelijkheidsvoorschriften in werking getreden. Deze richtlijn, ook wel bekend als de European Accessibility Act (EAA), heeft als doel om producten en diensten binnen de Europese Unie toegankelijker te maken voor mensen met een beperking. Op dinsdag 21 oktober om 9 uur nemen technologieadvocaten Michelle Seel en Jeroen Schouten (Pinsent Masons) u mee in de juridische en praktische implicaties van deze richtlijn. Zij bespreken in één uur wat de richtlijn betekent voor bedrijven, welke verplichtingen gelden en hoe organisaties zich kunnen voorbereiden op de handhaving. Kortom, een interactieve sessie die inzicht geeft in de toekomst van toegankelijke (digitale) dienstverlening in Europa.
Voor deze Online Update ontvangt u 1 PO-punt.
European Accessibility Act
De EAA geldt voor fabrikanten en importeurs van fysieke producten zoals ticketautomaten, telefoons, e-readers en betaalterminals. Ook bedrijven die communicatie- en e-commercediensten aanbieden, vallen onder de richtlijn. De focus ligt voornamelijk op digitale producten en diensten. Of het nu gaat om het gebruik van een geldautomaat, het boeken van een treinreis, of het navigeren op een webshop, de EEA zorgt ervoor dat mensen met een beperking niet meer worden buitengesloten en is een belangrijke stap naar een inclusievere digitale wereld.
Concreet betekent dit dat aanbieders en dienstverleners hun producten en/of diensten zo moeten ontwerpen dat ze bruikbaar zijn voor mensen met een beperking. Denk aan schermen met instelbare helderheid, spraak- en tekstmogelijkheden op websites en tijdens het telefoneren, en begrijpelijke gebruiksaanwijzingen.
"MAGIC PUSSY" niet in strijd met de openbare orde of goede zeden
DECISION of Fifth Board of Appeal 7 februari 2025, IEF 22998; R1009/2024-5 (Rocket Bean Café tegen EUIPO). Rocket Bean Café doet aanvraag voor EU-woordmerk "MAGIC PUSSY" voor virtuele en echte koffie (klasse 9 en 30). De examiner van het EUIPO wijst de aanvraag af wegens strijd met de openbare orde/goede zeden wegens de dubbele betekenis van het woord "pussy". Primair betekent het "katje" maar het Engelstalige publiek zal het teken opvatten als "the magical female external genitalia" (magische vrouwelijke genitaliën). Volgens de examiner wordt dit als vulgair, schokkend en ongepast beschouwd. Rocket Bean Café voerde aan dat andere merken wel met het woord "pussy" worden ingeschreven.
Verwarringsgevaar bevestigd: “LUX 1991” te veel op “LUX TOOLS”
Gerecht EU 1 oktober 2025, IEF 22996; IEFbe 4009; ECLI:EU:T:2025:933 (Group Pack sp. z o.o. tegen EUIPO en Obi Group Sourcing GmbH). Het Gerecht (Zevende kamer) wijst in zaak T-566/24 het beroep van Group Pack sp. z o.o. af tegen de beslissing van de Eerste Kamer van Beroep van het EUIPO van 30 augustus 2024 (R 494/2024-1). De aanvraag betrof het EU-beeldmerk LUX 1991 voor waren in klassen 6, 16 en 21; oppositie was ingesteld op basis van het oudere EU-beeldmerk LUX TOOLS van OBI Group Sourcing/Emil Lux voor o.m. identieke waren in diezelfde klassen. De Kamer van Beroep nam het Italiaans- en Spaans-sprekende deel van het relevante EU-publiek als referentie (voldoende is verwarringsgevaar in een deel van de EU) en oordeelde dat de waren identiek zijn, de tekens visueel gemiddeld en fonetisch ten minste gemiddeld overeenstemmen, en dat de begripsmatige vergelijking neutraal blijft.
Verloop octrooi sluit merkenrechtelijke bescherming niet uit
KvB 6 december 2024, IEF 22993; IEFbe 4008; R0012/2024-4 (Tetra Laval Holdings & Finance tegen Lami Packaging). Tetra Laval had een EU-vormmerk geregistreerd in 2004 voor verpakkingscontainers en –materiaal (klasse 16). Na afloop van een octrooi op een vergelijkbare verpakking stelde Tetra inbreuk vast door Lami Packaging en beriep zich op het merkenrecht. Lami Packaging diende in 2022 een vordering tot nietigverklaring in, met als hoofdgrond dat de vorm van het merk uitsluitend technisch was bepaald in de zin van artikel 7 lid 1 sub e onder ii UMVo 2017/1001. De Cancellation Division wees het verzoek toe en oordeelde dat alle essentiële kenmerken van het vormmerk noodzakelijk waren voor het verkrijgen van een technisch resultaat (000052444). Daarbij werd het eerdere octrooi als vrijwel onweerlegbaar bewijs beschouwd voor de technische functie van de vorm.