IEFBE 3754
11 juli 2024
Artikel

Monopolisatie van taal? De zaak 'The Women Peloton' tegen Peloton Interactive Inc.

 
IEFBE 3753
4 juli 2024
Uitspraak

HvJ EU: GEMA tegen GL

 
IEFBE 3751
2 juli 2024
Uitspraak

Gerecht verwerpt vordering Société du Tour de France, geen verwarringsgevaar of oneerlijk voordeel

 
IEFBE 1809

Uitsluiting van verwarringsgevaar om linguïstische redenen kan een territoriale beperking van een Uniemerkverbod rechtvaardigen

HvJ EU - CJUE 25 mei 2016, IEFBE 1809; ECLI:EU:C:2016:351 (Combit Software), https://ie-forum.be/artikelen/uitsluiting-van-verwarringsgevaar-om-lingu-stische-redenen-kan-een-territoriale-beperking-van-een-un

Conclusie AG HvJ EU 25 mei 2016, IEF 15973; IEFbe 1809; ECLI:EU:C:2016:351; zaak C-223/15  (Combit Software)
Door rechtbank voor het Uniemerk opgelegd verbod op inbreuken – Territoriale werking – Beperking van de territoriale omvang van het verbod omdat er geen verwarringsgevaar bestaat in een andere lidstaat dan lidstaat van de geadieerde rechter. Conclusie AG: De omstandigheid dat verwarringsgevaar voor een of meer lidstaten om linguïstische redenen kan worden uitgesloten, kan een territoriale beperking van het verbod rechtvaardigen dat door een rechtbank voor het Uniemerk wordt opgelegd krachtens de artikelen 9, lid 1, onder b), en 102, lid 1 [Uniemerkverordening].

IEFBE 1808

Conclusie AG: Rubik's cube dient nietig te worden verklaard

HvJ EU - CJUE 25 mei 2016, IEFBE 1808; ECLI:EU:C:2016:350 (Simba Toys tegen EUIPO), https://ie-forum.be/artikelen/conclusie-ag-rubik-s-cube-dient-nietig-te-worden-verklaard

Conclusie AG HvJ EU 25 mei 2016, IEF 15972; IEFbe 1808; ECLI:EU:C:2016:350; zaak C-30/15 P;  (Simba Toys tegen EUIPO)
Uit het persbericht: Volgens advocaat-generaal Maciej Szpunar dient het Uniemerk bestaande in de vorm van de Rubik’s cube nietig te worden verklaard. De wezenlijke kenmerken van het litigieuze teken - de vorm van de kubus en de roosterstructuur - zijn noodzakelijk om de technische functie te vervullen die eigen is aan de betrokken waar. In 2006 heeft Simba Toys, een Duitse speelgoedproducent, het EUIPO verzocht om nietigverklaring van het driedimensionale merk, met name op grond dat dit merk een technische oplossing bestaande in het draaivermogen ervan bevatte en een dergelijke oplossing enkel als octrooi en niet als merk kon worden beschermd. Aangezien het EUIPO deze vordering heeft afgewezen, heeft Simba Toys bij het Gerecht beroep tot vernietiging van de beslissing van het EUIPO ingesteld.

IEFBE 1807

Prejudiciële vragen aan HvJ EU: Maakt het openen van Facebook fanpage je verantwoordelijk voor de gegevensverwerking?

HvJ EU - CJUE 25 feb 2016, IEFBE 1807; (Wirtschaftsakademie Schleswig-Holstein), https://ie-forum.be/artikelen/prejudici-le-vragen-aan-hvj-eu-maakt-het-openen-van-facebook-fanpage-je-verantwoordelijk-voor-de-geg

Prejudicieel gestelde vragen aan HvJ EU 25 februari 2016, IEFbe 1807; IT 2073; C-210/16 (Wirtschaftsakademie Schleswig-Holstein)
Gegevensbescherming. Privacy. Via Minbuza: Verzoekster, een privaatrechtelijk georganiseerde onderwijsinstelling, heeft van het ‘Onafhankelijk centrum voor gegevensbescherming van de deelstaat’ (verweerder) op 03-11-2011 opdracht gekregen haar Facebookpagina te deactiveren. Verzoekster maakt via haar ‘fanpage’ bij Facebook Ireland onder meer reclame voor haar onderwijsinstelling. Het aanhouden van ‘fanpages’ geeft de maker onder meer mogelijkheid (via ‘facebook-insights’) geanonimiseerde statistische informatie over gebruikers, bij wie cookies worden geplaatst, te ontvangen. Verzoekster maakt bezwaar maar verweerder bevestigt het besluit, waarna de zaak aan de rechter wordt voorgelegd. Het Verwaltungsgericht vernietigt de beslissing omdat verzoekster geen ‘verantwoordelijk lichaam’ is in de zin van de DUI wet en dan ook geen adressaat van een bevel kan zijn. Verweerders hoger beroep sneuvelt. De zaak ligt nu voor in Revision bij de verwijzende rechter. Verzoekster, ondersteund door medegedaagde Facebook, meent dat zij niet verantwoordelijk is voor gegevensverwerking door Facebook en evenmin voor de geïnstalleerde cookies. Zij heeft daartoe geen opdracht gegeven. Verweerder stelt dat verzoekster door het openen van een ‘fanpage’ wel verantwoordelijk is.

IEFBE 1805

Prejudiciële vragen HvJ EU: Zijn partijen concurrenten als de licentienemer enkel via die licentieovereenkomst actief is op de relevante markt

HvJ EU - CJUE 3 dec 2015, IEFBE 1805; (Hoffmann-La Roche), https://ie-forum.be/artikelen/prejudici-le-vragen-hvj-eu-zijn-partijen-concurrenten-als-de-licentienemer-enkel-via-die-licentieove

Prejudicieel gestelde vragen aan HvJ EU 3 december 2015; IEF 15961; LS&R 1325 ; IEFbe 1805; C-179/16 (F. Hoffmann-La Roche)
Mededingingsrecht. Via MinBuza: De Italiaanse mededingingsautoriteit (AGCM, verweerster) heeft bij besluit van 27 februari 2014 vastgesteld dat de vier verzoeksters in deze zaak (Hoffmann-La Roche, La Roche, Novartis en Novartis Farma) een mededingingsbeperkend kartel in het leven hadden geroepen voor bepaalde geneesmiddelen (bewerkstelligen van een kunstmatige ‘differentiatie’). Verzoeksters krijgen een boete opgelegd. (...) Het geneesmiddel waar het hier om gaat is ontwikkeld door Genentech, dat onder controle staat van de Rochegroep. De geschiedenis daarvan wordt uiteengezet in de punten 4 – 10 van de verwijzingsbeschikking. Genentech verhandelt haar producten uitsluitend in de VS, en heeft licenties afgegeven, in eerste instantie aan zusterbedrijf Roche maar omdat Roche zich voornamelijk op oncologische geneesmiddelen concentreert (Avastin, tegen tumoren) heeft Genentech voor het andere product (Lucentis, een oftalmologisch middel tegen een oogkwaal) licentie gegeven aan Novartis voor het in de handel brengen in de rest van de wereld.

IEFBE 1803

Uitspraak ingezonden door Tim Iserief, Richard van Oerle, Anne Marie Verschuur en Charles Gielen, NautaDutilh.

Stormparaplu's wijken af van die van Senz

Nederlandse jurisprudentie - Jurisprudence néerlandaise 19 mei 2016, IEFBE 1803; ECLI:NL:RBDHA:2016:5461 (Senz tegen Impliva), https://ie-forum.be/artikelen/stormparaplu-s-wijken-af-van-die-van-senz

Vzr. Rechtbank Den Haag 19 mei 2016, IEF 15957; IEFbe 1803 ; ECLI:NL:RBDHA:2016:5461 (Senz tegen Impliva)
Gemeenschapsmodelrecht. Via rechtspraak.nl: Impliva's stormparaplu’s Stormaxi en Stormini wijken zodanig af van de Senz Original en de Senz Mini dat er geen sprake is van een inbreuk op het model- en auteursrecht (of andere rechten) van het bedrijf Senz. Senz is producent van stormparaplu’s. Naast deze Senz Original is de Senz Mini ontworpen, een kleinere, opvouwbare variant, met een vergelijkbare vormgeving. Het bedrijf heeft beide modellen geregistreerd om zich te beschermen tegen namaak-modellen. Recent heeft Impliva een model paraplu op de markt gebracht onder de naam Stormaxi, en een opvouwbare variant onder de naam Stormini.

IEFBE 1802

Doorbraak in discussie kwekers- en octrooirecht

De Europese Commissie wil via een nadere interpretatie van de biotech-richtlijn helderheid en rechtszekerheid bieden over het patenteren van natuurlijke eigenschappen op groenten en andere planten. Dat heeft Eurocommissaris Elzbieta Bienkowska (Interne Markt) gezegd op het door staatssecretaris Martijn van Dam (Economische Zaken, zijn speech) georganiseerde symposium ‘Finding the Balance’.

IEFBE 1801

COCO verwijst naar voornaam van bij een breed publiek bekende grondlegster van modehuis Chanel

26 jan 2016, IEFBE 1801; ECLI:NL:GHDHA:2016:132 (Pacogi tegen Chanel), https://ie-forum.be/artikelen/coco-verwijst-naar-voornaam-van-bij-een-breed-publiek-bekende-grondlegster-van-modehuis-chanel

Hof Den Haag 26 januari 2016, IEF 15953; IEFbe 1801; ECLI:NL:GHDHA:2016:1322 (Pacogi tegen Chanel)
Merkenrecht. Chanel voert oppositie tegen het merkdepot van PACOGI 'Coco de Mer' op basis vanhaar eerder (internationale) merk COCO. De oppositie wordt toegewezen. Het woord COCO kan als beschrijving van 'kokos' worden opgeval, een geur kan aanduiden, hetgeen een kenmerk van de waar is. Het publiek vat COCO echter op als verwijzing naar de voornaam van de bij een breed publiek bekende grondlegster van het modehuis Chanel, Coco Chanel, juist in relatie met cosmetica en parfums. Het hof verwerpt het beroep en bevestigt de afwijzing van de oppositie.

IEFBE 1799

Uitspraak ingezonden door Dirk Visser, Jacqueline Schaap en Patty de Leeuwe, Visser Schaap & Kreijger.

 

Succesvol beroep op modelrecht voor met lucht te vullen ligzak LAMZAC

Nederlandse jurisprudentie - Jurisprudence néerlandaise 13 mei 2016, IEFBE 1799; ECLI:NL:RBDHA:2016:5216 (LAMZAC tegen Massive Air), https://ie-forum.be/artikelen/succesvol-beroep-op-modelrecht-voor-met-lucht-te-vullen-ligzak-lamzac

Vzr. Rechtbank Den Haag 13 mei 2016, IEF 15948; ECLI:NL:RBDHA:2016:5216 (LAMZAC tegen Massive Air)
Gemeenschapsmodelrecht. Oomen is ontwerper van de LAMZAC Hangout een middels 'luchtscheppen' te vullen ligzak, en heeft een Gemeenschapsmodel voor een 'chaisse longue'. Massive is een geldwervingscampagne via indiegogo gestart voor de KAISR ligzak. De vraag is of vormgevingselementen een technische functie vervullen. Op de geïnformeerde gebruiker zal de gewijzigde KAISR geen andere algemene indruk wekken met dezelfde hoogte, dubbele buisvorm en kenmerkende enkele diepe spleeet centraal in de lengterichting. De scherpere punt aan het hoofdeinde is onvoldoende afwijkend. De voorzieningenrechter wijst de vordering op basis van het modelrecht toe en beveelt KAISR haar ligzak te staken.

IEFBE 1800

Prejudicieel gestelde vragen over informatie over een handelaar die uitsluitend online verkoopt, terwijl ook op de site informatie staat

HvJ EU - CJUE 28 jan 2016, IEFBE 1800; (Verband Sozialer Wettbewerb tegen DHL), https://ie-forum.be/artikelen/prejudicieel-gestelde-vragen-over-informatie-over-een-handelaar-die-uitsluitend-online-verkoopt-terw

Prejudiciële vragen gesteld aan HvJ EU 28 januari 2016, IEFbe 1800; IT 2057; RB 2712; C-146/16 (Verband Sozialer Wettbewerb tegen DHL)
Minbuza: Verzoekster, een bond van onder meer electro(nica)artikelen en postorderbedrijven die allerlei soorten goederen aanbieden, heeft verweerster DHL gedaagd wegens een advertentie in de ‘Bild am Sonntag’ van 2 december 2012. Verzoekster meent dat verweerster haar verplichting niet nakomt de identiteit en het geografische adres te vermelden ten behoeve van bezoekers aan het in de advertentie genoemde platform. De rechter wijst de vordering toe, maar in hoger beroep wordt die alsnog afgewezen omdat de rechter oordeelt dat de op de website gehanteerde methode met links in de rubriek ‘informatie over de aanbieder’ voor de consument voldoende herkenbaar is. Hij oordeelt ook dat het in alle rust van achter de computer aankopen doen niet is te vergelijken met kopen in een winkel, gadegeslagen door verkooppersoneel. Verzoekster vraagt en krijgt Revision.