13 dec 2016
Uitspraak ingezonden door Karin Ottelohe, Advocant. en Willem-Jan Cosemans en Christine De Keersmaeker, KOAN.
Paraplu van Senz maakt geen inbreuk op Umbellae parasol
Hof van beroep Brussel 13 december 2016, IEFbe 2305 (L'Anverre tegen Senz - paraplu) en rechtbank van Koophandel Brussel, 9 april 2013, IEFbe 2305 (L'Anverre tegen Senz - paraplu) De eisers stellen dat de Senz paraplu's inbreuk maken op het gemeenschapsmodel van BVBA L'anverre en vorderen een stopzetting in de hele Europese Gemeenschap van de inbreuk. De rechtbank onderzoekt eerst de geldigheidsvereisten voor het gemeenschapsmodel en stelt vast dat er geen geldig model kan worden gevonden, gezien het ontbreken van een eigen karakter. De rechter stelt de ongeldigheid vast van het gemeenschapsmerk. Van inbreuk kan geen sprake zijn, de rest van de vorderingen van de eisers wordt niet verder beschouwd. Eisers gaan in hoger beroep en vorderen de geldigheid te bevestigen van het gemeenschapsmodel "het Model UMBELLAE" en dat Senz paraplu's inbreuk maken op het Model UMBELLAE en vorderen aan Mexx en Senz de stopzetting in de hele Europese Gemeenschap van de inbreuk.
23. Het bestreden vonnis wordt door het Hof teniet gedaan in de mate waarin het de ongeldigheid heeft vastgesteld van het Model UMBELLAE. De geldigheid van het gemeenschapsmerk stond nooit ter discussie in het geschil tussen partijen.
28. Het hof oordeelt dat bij het ontwerpen van een parasol of paraplu de ontwerper ervan over een relatief grote keuzevrijheid beschikt. Dit blijkt uit de foto's van de diverse modellen aan paraplu's die door appellanten worden neergelegd.
29. Het hof stelt vast dat de algemene visuele indruk van de Umbellae gekenmerkt en bepaald wordt door:
- de combinatie van de asymmetrische vorm en de ongelijke lengte van de armen met de volgende elementen:
- een schuine stand van de stang ten opzichte van de voet;
- een zeer uitgesproken conische vorm;
- opvallende uitsnijdingen in het zeil.Het hof oordeelt dat niettegenstaande de Umbellae (zoals weergegeven in de tekeningen van de inschrijving van het Gemeenschapsmodel nr. 000135959-0001, zoals hij werd getoond ter zitting van het hof en zoals hij wordt afgebeeld op de neergelegde foto's ervan), en de paraplu van Senz beide asymmetrisch zijn en de armen ervan verschillende lengtes vertonen, er meerdere visuele verschillen tussen beide bestaan, te weten:
- De zeer uitgesproken conische vorm van het zeil van de Umbellae kan niet teruggevonden worden bij de paraplu van Senz, waarvan het zeil een strak gespannen vorm heeft, vertrekkend van bij de top van de paraplu tot aan het einde van de baleinen daarvan;
- De contouren van het zeil van de (geopende) paraplu van Senz zijn strak gespannen, daar waar het zeil van de (geopende) Umbellae inkepingen vertoont; er zijn opvallende uitsnijdingen aan de uiteinden van het zeil van de Umbellae, die volledig ontbreken in de paraplu van Senz;De visuele verschillen in de paraplu's van Senz in vergelijking met het model Umbella, zijn het gevolg van de creatieve keuze van de ontwerper en betreffen niet de technische kenmerken van de modellen.
Het hof oordeelt dat al die verschillen bij de geïnformeerde gebruiker een verschillende algemene indruk doen ontstaan van de Senz paraplu in vergelijking met het model Umbellae en dit zelfs indien er wordt uitgegaan van een relatief grote vrijheid van de ontwerper bij de vormgeving.
30. Het hof besluit dat de paraplu van Senz, verhandeld door Mexx, geen inbreuk maakt op het Gemeenschapsmodel nr. 000135959-0001 van appellanten.
Het hof besluit tot de ongegrondheid van de vordering van appellanten.