Nietigverklaring beeldmerk Chiquita in categorie vers fruit
Gerecht EU 13 november 2024, IEF 22384, IEFbe 3830; ECLI:EU:T:2024:807 (Chiquita Brands tegen EUIPO). Chiquita heeft in 2008 een beeldmerk ingediend. Dit beeldmerk bestaat uit een blauwe ovaal met een geel randje en wordt voornamelijk gebruikt in de vorm van stickers op bananen. Compagnie financière de participation heeft in 2023 bij de nietigheidsafdeling een verzoek tot nietigverklaring van het beeldmerk van Chiquita ingediend. Het verzoek tot nietigverklaring is in zijn geheel toegewezen. Tegen deze beslissing heeft Chiquita beroep ingesteld bij het EUIPO. De kamer van beroep heeft dit beroep verworpen in de categorie vers fruit, doordat het beeldmerk hier elk onderscheidend vermogen mist. De kamer van beroep heeft in de overige categorieën de beslissing van de nietigheidsafdeling vernietigd, waardoor het beeldmerk in deze categorieën weer geldig is verklaard. De verzoeker heeft voor het Gerecht gevorderd dat het deel van uitspraak van de kamer van beroep over de nietigverklaring van het beeldmerk van de categorie vers fruit ook wordt vernietigd.
UPC overzicht: 12 t/m 18 november 2024
UPC CoA 12 november 2024, IEF 22375, IEFbe 3827; UPC_CoA_489/2023, UPC_CoA_500/2023 (AIM Sport tegen Supponor Oy). Deze hoger beroepsprocedure draait om de uitleg van de zinsnede ‘unless an action has already been brought before a national court’ uit artikel 83 lid 4 UPCA en dan met name het woord ‘action’. AIM Sport stelt dat hiermee wordt verwezen naar vorderingen die tijdens de overgangsregeling bij een nationale rechterlijke instantie zijn ingesteld en Supponor beweert dat er wordt verwezen naar vorderingen die voor de opt-out zijn ingesteld bij een nationale rechterlijke instantie, waarbij het niet uitmaakt of dit voor of tijdens de overgangsregeling was.
Uitspraak ingezonden door Michaël de Vroey, Simont Braun.
Hof van Beroep: geen model- of auteursrechtelijke bescherming op laadstations
Hof van Beroep Brussel 23 september 2024, IEFbe 3828; 2022/ AR/1147 (Smappee tegen Blitz Power) Smappee, een producent van laadstations voor elektrische auto's, beschuldigde concurrent Blitz Power van inbreuk op haar Gemeenschapsmodel en auteursrecht met betrekking tot de vormgeving van haar laadpalen. Smappee stelde ook dat Blitz Power zich schuldig maakte aan oneerlijke marktpraktijken door haar laadpalen op de markt te brengen. Nederlandstalige ondernemingsrechtbank Brussel stelde Smappee in het gelijk, Blitz Power heeft hoger beroep aangetekend tegen dit vonnis.
Artikel geschreven door Caroline Theunis, editors Dorien Cuyt en Myrthe Maes, Artes Law.
Auteursrecht-trolls niet getolereerd
Artikel geschreven door Caroline Theunis, Artes Law.
In de periode eind 2023 tot begin 2024 werden de hoven en rechtbanken van Antwerpen geconfronteerd met een reeks gelijkaardige procedures. In een arrest van 13 december 2023 signaleerde het Hof van beroep te Antwerpen een trend van ‘copyright trolling’, een vorm van misbruik van auteursrecht.
Met ‘trolling’ wordt in het intellectueel eigendomsrecht verwezen naar het afdwingen van rechten op overdreven agressieve of opportunistische wijze. Hierbij is het werkelijke oogmerk niet meer de bescherming van de creatie van de formele houder van het recht, doch wel voornamelijk het verwerven van inkomsten door de betrokkenen onder druk te zetten. ‘Patent trolling’ is al langer bekend, en slaat op het onterecht aanspraak maken op geldsommen voor zgn. inbreuken op - al dan niet werkelijk gebruikte - octrooiregistraties.
Article Bernt Hugenholtz: Everything is harmonized. The CJEU’s decision in Kwantum v. Vitra
Article by Bernt Hugenholtz. This article was previously published on Kluwer Copyright Blog. Just seven weeks after the release of the AG’s Opinion the Kwantum v. Vitra case was decided by the European Court. For Dutch background and early criticism, see my earlier blog. The main question asked to the Court was whether a Member State may unilaterally apply the Berne Convention’s rule of material reciprocity (Article 2(7) BC) to non-EU works. According to this provision, Berne states are not obliged to grant copyright protection to works that originate from a country that does not itself provide for copyright protection of industrial designs. One of such countries is the United States, the country of origin of the Eames chair in the case at hand. Given the short time frame between opinion and decision, the Court’s answer does not surprise. It is for the EU legislature, not the individual Member States, to restrict the scope of application of harmonized EU copyright law. Since the acquis does not provide for material reciprocity, works of applied art are unconditionally protected in the EU.
UPC overzicht: 5 t/m 11 november 2024
Objectieve benadering voor beoordeling inventiviteit - UPC CFI CD Parijs 5 november 2024, IEF 22367, IEFbe 3824; UPC_CFI_315/2023 (NJOY tegen Juul Labs). In deze procedure wordt het ‘front-loaded’ systeem van UPC procedures benadrukt. Partijen zijn verplicht om hun volledige zaak zo vroeg mogelijk uiteen te zetten en als ze dat niet doen, kunnen argumenten worden uitgesloten. Maar om de redelijkheid en billijkheid te waarborgen, mag de eiser in zijn antwoord op het verweerschrift argumenten aanvoeren die een reactie vormen op de argumenten uit het verweerschrift. In casu was het onduidelijk of de argumenten van eiser nieuw waren of een reactie op het verweerschrift. Daarom werd het door eiser ingediende deskundigenrapport toegelaten. Maar een uitgebreidere dupliek werd niet toegestaan door het Gerecht: dit mocht alleen een antwoord op de repliek inhouden. Ook een nadere verklaring van de verweerder werd afgewezen, want daarvoor bieden de RoP geen rechtsgrondslag.
Uitspraak ingezonden door Tobias Cohen Jehoram, De Brauw Blackstone Westbroek.
Definitieve prejudiciële vragen aan het HvJ over mededeling aan het publiek en de rol van geo-blocking in Anne Frank-zaak
HR 8 november 2024, IEF 22363, IEFbe 3823; ECLI:NL:HR:2024:1603 (Anne Frank Fonds tegen Anne Frank Stichting c.s.). Deze zaak betreft de publicatie van een nieuwe wetenschappelijke online editie van het dagboek van Anne Frank op een website. In het tussenarrest van 20 september heeft de Hoge Raad partijen in de gelegenheid gesteld zich uit te laten over het voornemen prejudiciële vragen te stellen aan het HvJEU. Voor het grootste gedeelte blijven de vragen hetzelfde als in het tussenarrest [zie IEF 22249]. De Hoge Raad ziet na de schriftelijke uitlatingen van partijen wel reden om enkele wijzigingen door te voeren en enkele passages te schrappen. De definitieve drie vragen die de Hoge Raad aan het Hof stelt zijn als volgt:
Carly van der Beek treedt toe als Senior Associate bij Pinsent Masons Nederland
Pinsent Masons Nederland is verheugd aan te kondigen dat Carly van der Beek per 14 oktober 2024 is gestart als Senior Associate bij het Life Sciences & IP team. Carly komt over van Vondst Advocaten, waar zij een belangrijke rol speelde in diverse complexe octrooi en life sciences zaken. Carly heeft uitgebreide ervaring in de farmaceutische en life sciences sector, met een sterke nadruk op octrooirecht en regulatoir recht binnen zowel de Europese als Nederlandse context. Ze adviseert en procedeert in nationale en grensoverschrijdende zaken, vooral met betrekking tot de introductie van (generieke) geneesmiddelen en de regelgeving rondom farmaceutisch onderzoek, zoals data- en marktexclusiviteit en aanvullende beschermingscertificaten. Met haar uitgebreide ervaring en expertise zal Carly een waardevolle aanvulling zijn op het team van Pinsent Masons. Haar komst versterkt het IP & Life Sciences team van Pinsent Masons Nederland.
Verzoek tot bevel om bewijsmateriaal over te leggen deels toegewezen
UPC CFI LD Den Haag 14 oktober 2024, IEF 22348, IEFbe 3820; UPC_CFI_327/2024 (Winnow tegen Orbisk) Winnow heeft een octrooi op een systeem en methode voor het monitoren van voedselverspilling (EP 245) en volgens haar maakt Orbisk hier inbreuk op. In deze procedure verzoekt Winnow dat Orbisk wordt bevolen documenten over te leggen overeenkomstig Rule 190 RoP en artikel 59 UPCA. Dit verzoek moet volgens Orbisk worden afgewezen, onder andere omdat Winnow geen bewijsmateriaal heeft overgelegd waarover ze redelijkerwijs kon beschikken en omdat het niet voldoende waarschijnlijk is dat het octrooi geldig is en er inbreuk op wordt gemaakt. De volgende vereisten gelden voor een bevel tot overlegging van bewijs: ten eerste moet de verzoekende partij bewijsmateriaal hebben overgelegd dat redelijkerwijs beschikbaar is ter ondersteuning van haar vorderingen, ten tweede moet het bewijsmateriaal waartoe om toegang wordt verzocht zijn gespecificeerd en in het bezit zijn van de andere partij, ten derde moet de vertrouwelijke informatie van de andere partij worden beschermd en ten slotte moet elk bevel om bewijsmateriaal over te leggen voldoen aan de vereisten van evenredigheid en billijkheid.
Confidentiality Club
UPC CFI LD Hamburg 24 oktober 2024, IEF 22347, IEFbe 3819; UPC_CFI_22/2023 (10x Genomics en President and Fellows of Harvard College tegen Vizgen). Deze procedure gaat over bijlage BP 34. 10x Genomics en President and Fellows of Harvard College, eisers in deze procedure, verzoeken dat wordt bevolen dat de inhoud van het BP 34 dossier als vertrouwelijk moet worden behandeld en dat deze alleen toegankelijk mag worden gemaakt voor de gemachtigde vertegenwoordigers en hun secretariaten. Het Gerecht van Eerste Aanleg van het UPC beslist dat voor de toepassing van een vertrouwelijkheidsregeling voldoende is als het Gerecht ervan overtuigd is dat de informatie zeer waarschijnlijk vertrouwelijk is en daar is in casu sprake van.