Auteursrecht - Droit d'auteur  

IEFBE 3462

Uitspraak ingezonden door Benny Backx, Cleymans Backx Advocaten.

Stijl valt buiten bereik auteursrecht

Antwerpen(afd. Antwerpen) - Anvers(div. Anvers) 18 feb 2021, IEFBE 3462; (Eiser tegen gedaagde), https://ie-forum.be/artikelen/stijl-valt-buiten-bereik-auteursrecht

Ondernemingsrechtbank Antwerpen 18 februari 2021, IEFbe 3462; A/20/2106 (Eiser tegen gedaagde) Eiser is kunstenaar en verwijt gedaagde dat zij nepschilderijen van de werken van eiser vanuit China importeert en op de markt brengt. Op grond van het auteursrecht vordert eiser onder andere schadevergoeding van gedaagde. De rechtbank te Antwerpen komt tot de conclusie dat hetgeen waar eiser zich op beroept in de onderhavige zaak de stijl van de kunstwerken betreft. Dit valt buiten het bereik van het auteursrecht, waardoor de vorderingen van eiser worden afgewezen.

IEFBE 3429

HvJ EU: nietigverklaring Polen slaagt niet, art. 17 DSM blijft overeind

HvJ EU - CJUE 26 apr 2022, IEFBE 3429; ECLI:EU:C:2022:297 (Polen tegen Europees Parlement en Raad van Europese Unie), https://ie-forum.be/artikelen/hvj-eu-nietigverklaring-polen-slaagt-niet-art-17-dsm-blijft-overeind

HvJ EU 26 april 2022, IEF 20679, IT 3911, IEFbe 3429; ECLI:EU:C:2022:297 (Polen tegen Europees Parlement en Raad van Europese Unie) Met invoering van de richtlijn 2019/790 betreffende auteursrechten en naburige rechten in de digitale eengemaakte markt, hierna de DSM-richtlijn, is er een nieuw regime inzake de aansprakelijkheid van grote platformen geïntroduceerd in art. 17. Aanbieders kunnen op grond van dit artikel direct aansprakelijk gesteld worden voor content die is geüpload door gebruikers van het platform. Op grond van art. 17 lid 4 onder b en c DSM-richtlijn kunnen deze platformen deze aansprakelijkheid vermijden door actief toezicht te houden op de geüploade content. Polen heeft hiertegen een beroep op de nietigverklaring van lid 4 sub b en c van dit artikel ingesteld. Hiervoor stelt zij dat de automatische filtersoftware die wordt gebruikt door deze grote platformen voorzien is van te weinig waarborgen om het recht op vrijheid van meningsuiting en van informatie te verzekeren. De grote kamer van het Hof verwerpt dit beroep van Polen en oordeelt dat er voldoende waarborgen zijn ingebouwd om ervoor te zorgen dat er een passend evenwicht wordt gecreëerd tussen het recht op vrijheid van meningsuiting en het recht op intellectuele eigendom.

IEFBE 3413

HvJ EU Conclusie A-G: filteren verenigbaar met artikel 11 Handvest

HvJ EU - CJUE 15 jul 2021, IEFBE 3413; ECLI:EU:C:2021:613 (Republiek Polen tegen Europees Parlement), https://ie-forum.be/artikelen/hvj-eu-conclusie-a-g-filteren-verenigbaar-met-artikel-11-handvest

HvJ EU Conclusie A-G 15 juli 2021, IEF 20633, IEFbe 3413, IT 3879; ECLI:EU:C:2021:613 (Republiek Polen tegen Europees Parlement) De zaak gaat over artikel 17 van Richtlijn 2019/790. Polen wil lid 4 sub b en c van dit artikel nietig verklaard hebben en subsidiair het hele artikel. Dit omdat het in strijd zou zijn met de in artikel 11 van het Handvest van de grondrechten van de Europese Unie (hierna: Handvest) neergelegde rechten op vrijheid van meningsuiting en van informatie die gebruikers van deeldiensten genieten.

IEFBE 3408

Uitspraak ingezonden door Jorn Torenbosch, Universiteit Utrecht en Klos c.s.

Beperking kopiëren privégebruik geldt ook voor cloudcomputing

HvJ EU - CJUE 24 mrt 2022, IEFBE 3408; ECLI:EU:C:2022:217 (Austro-Mechana tegen Strato), https://ie-forum.be/artikelen/beperking-kopi-ren-priv-gebruik-geldt-ook-voor-cloudcomputing

HvJ EU 24 maart 2022, IEF 20616, IT 3870, IEFbe 3408; ECLI:EU:C:2022:217 (Austro-Mechana tegen Strato) Austro-Mechana vordert dat Strato, een aanbieder van cloudopslagdiensten, vergoeding betaalt die verschuldigd is wanneer de beperking ten aanzien van het kopiëren voor privégebruik toepassing vindt. De rechter in eerste aanleg heeft de vordering afgewezen omdat Strato geen opslagmedia overdraagt aan haar klanten, maar hun dienst aanbiedt die bestaat in de terbeschikkingstelling van onlineopslagruimte. Het Oberlandesgericht Wien heeft in hoger beroep het hof de prejudiciële vraag gesteld of de opslag van content in het kader van cloudcomputing onder de in artikel 5 lid 2 onder b van de Auteursrechtrichtlijn bedoelde beperking ten aanzien van het kopiëren voor privégebruik valt [zie IEF 19748].

Beantwoording van de prejudiciële vragen:

IEFBE 3368

Artikel ingezonden door Estelle Derclaye and Tatiana Synodinou, European Copyright Society.

Comment on the Copyright and the Digital Services Act Proposal

The European Copyright Society (ECS) has issued a comment on the Copyright and the Digital Services Act Proposal. Copyright law accounts for most content removals from online platforms and search engine result lists, by an order of magnitude. This practice will become subject to numerous due diligence obligations under the proposed Regulation on a Single Market For Digital Services (Digital Services Act, DSA), which also covers copyright infringing content. In this Comment, the European Copyright Society (ECS) takes the opportunity to share its view on (1) the relationship between the EU copyright acquis and the DSA and (2) on further selected aspects of the DSA from a copyright perspective.

Read the full comment here.

IEFBE 3350

Prejudiciële vragen over handhaving intellectuele-eigendomsrechten

HvJ EU - CJUE 25 nov 2021, IEFBE 3350; (Castorama Polska et Knor), https://ie-forum.be/artikelen/prejudici-le-vragen-over-handhaving-intellectuele-eigendomsrechten

Sąd Okręgowy w Warszawie (Polen) 25 november 2021, IEF 20464, IEFbe 3350; C-628/21 (Castorama Polska et Knor) via MinBuza. De rechthebbende (TB) in het hoofdgeding, is eigenaar van webwinkels met siervoorwerpen. In het kader van haar commerciële activiteit verkoopt zij machinaal door haar vervaardigde reproducties van afbeeldingen, aangeduid als A, B en C. De rechthebbende beroept zich erop dat zij de ontwerper van de door haar gereproduceerde afbeeldingen is en dat deze afbeeldingen werken in de zin van het auteursrecht zijn. Getrouwe kopieën van de afbeeldingen A en B worden zonder goedkeuring van de rechthebbende verkocht in de webwinkel en in de fysieke winkels van betrokkene nr. 1 (de vennootschap Castorama Polska), die deze kopieën aangeleverd krijgt door betrokkene nr. 2 (de vennootschap Knor). Na betrokkene nr. 1 te hebben aangemaand de inbreuken op het auteursrecht te staken heeft de rechthebbende de verwijzende rechter bij verzoekschrift van 15-12-2020 verzocht de betrokkenen te verplichten tot het verstrekken van inlichtingen over het distributiekanaal, de datum waarop de goederen voor het eerst in de fysieke winkels en de webwinkel te koop zijn aangeboden, de hoeveelheid goederen die in de fysieke winkels en de webwinkel zijn verkocht en de prijs die uit de verkoop van de goederen is verkregen.

IEFBE 3329

Uitspraak ingezonden door Didier Deneuter, Modo law.

Geen inbreuk op auteursrecht vanwege modus operandi

3 nov 2021, IEFBE 3329; (Permission Machine tegen Kortom), https://ie-forum.be/artikelen/geen-inbreuk-op-auteursrecht-vanwege-modus-operandi

Ondernemingsrechtbank Gent 3 november 2021, IEF 20361, IEFbe 3329 (Permission Machine tegen Kortom) Kort geding. Permission Machine beheert auteursrechten en naburige rechten van meerdere rechthebbenden, waaronder het auteursrecht op foto’s die door individuele fotografen aan het persagentschap Belga News Agency zijn overgedragen. Kortom verzorgt via haar website een maandelijkse digitale mailing van nieuwsbrieven geïllustreerd met een foto die verband houdt met het nieuwsbericht en die na één maand offline worden gehaald. Kortom heeft op deze manier meerdere foto’s van Belga News Agency gebruikt. Permission Machines stelt dat Kortom inbreuk maakt op haar vermogensrechtelijke en morele auteursrechten. De rechter verklaart de vorderingen van Permission Machine ontvankelijk maar niet gegrond. Hij komt tot dit oordeel vanwege de modus operandi van Permission Machine, die bestaat uit het internet doorzoeken op afbeeldingen genomen door fotografen waarvan zij de auteursrechten in portefeuille hebben en namens deze fotograaf een licentie aanbieden tegen eenzijdig opgelegde voorwaarden wat de looptijd en prijs betreft. De stopzetting van het inbreukmakend gebruik door verwijdering vormt in deze fase geen prioriteit. Het Hof van Justitie heeft overwogen dat dergelijke praktijken niet in overeenstemming zijn met de doelstellingen van beheersvennootschappen en als misbruik kunnen worden gekwalificeerd indien er sprake is van een disproportionele uitoefening van rechten waarvan de beoordeling toekomt aan de nationale rechter.

IEFBE 3299

Prejudiciële vragen over reproductie voor privégebruik

HvJ EU - CJUE 22 sep 2021, IEFBE 3299; (Seven.one en Puls 4 tegen Ocilion IPTV ), https://ie-forum.be/artikelen/prejudici-le-vragen-over-reproductie-voor-priv-gebruik

Oberster Gerichtshof 22 september 2021, IEF 20259, IEFbe 3299; C-426/21 (Seven.one en Puls 4 tegen Ocilion IPTV) Verzoekers in deze zaak zijn beide televisieproducenten. De programma's die zij maken worden aangeboden door verweerder aan commerciële klanten door middel van rechtstreekse hosting, of met hulpmiddelen van verweerder. Het geschil spitst zich toe op de vraag hoe "reproductie voor privégebruik" in de zin van artikel 5 lid 2 onder b van de richtlijn auteursrecht moet worden geïnterpreteerd. Verzoekers beweren dat bij het online-video-opnemen door verweerder "masterkopieën" gemaakt worden en dat deze worden gedistribueerd aan commerciële klanten. Daarnaast is er een geschil over het concept “mededeling aan het publiek” in de zin van artikel 3, lid 1 van de richtlijn. Hier worden enkele prejudiciële vragen over gesteld. 

IEFBE 3295

HvJ EU over decompileren van computerprogramma

HvJ EU - CJUE 6 okt 2021, IEFBE 3295; ECLI:EU:C:2021:811 (Top System SA tegen Belgische Staat)), https://ie-forum.be/artikelen/hvj-eu-over-decompileren-van-computerprogramma

HvJ EU 6 oktober 2021, IEF 20242, IT 3680, IEFbe 3295; ECLI:EU:C:2021:811 (Top System SA tegen Belgische Staat)  Het verzoek om een prejudiciële beslissing betreft de uitlegging van artikel 5, lid 1, van richtlijn 91/250/EEG van de Raad van 14 mei 1991 betreffende de rechtsbescherming van computerprogramma’s. Dit verzoek is ingediend in het kader van een geding tussen Top System SA en de Belgische Staat over de decompilatie door Selor, het selectiebureau van de federale overheid (België), van een door Top System ontwikkeld computerprogramma dat deel uitmaakt van een applicatie waarvoor dit selectiebureau een gebruikslicentie heeft. De verwijzende rechter is van oordeel dat hij, om uit te maken of Selor die decompilatie mocht verrichten op grond van artikel 6, § 1, WCP, dient na te gaan of de decompilatie van een computerprogramma of een deel daarvan onder de in artikel 5, onder a) en b), WCP bedoelde handelingen valt.

Beantwoording van de prejudiciële vragen: