Vragen aan HvJ EU: Is er slechts “nadeel berokkenend bij de mededinging” indien de benadeelde onderneming de capaciteit niet heeft of invloed op winstgevendheid
Prejudiciële vragen gesteld aan HvJ EU 13 juli 2016. IEF 16433; IEFbe 2018; C-525/16 (MEO) Auteursrecht. Mededingingsrecht. Verzoekster is aanbieder van elektronische communicatiediensten. Zij heeft in 2014 een klacht ingediend bij verweerster (de Portugese mededingingsAutoritieit ‘PMa’) tegen GDA, een organisatie zonder winstoogmerk voor collectief beheer van naburige rechten van artiesten (en de enige die in Portugal op dat gebied actief is) die zij misbruik van machtspositie verwijt. GDA biedt in het bijzonder diensten aan degenen die gebruik willen maken van werken van het repertoire van de aangesloten leden. Het gaat om ‘wholesale’diensten voor de collectieve exploitatie van naburige rechten waarbij GDA een monopoliepositie inneemt, en in deze zaak met name om de ‘retail’dienst voor abonnementen op televisiesignalen waar verzoekster aanbieder van is: zij heeft het grootste marktaandeel op het gebied van contracten met consumenten voor pakketten. Verzoekster verwijt GDA verschillende tarieven voor haar diensten op haar en haar directe concurrenten toe te passen.
Beschikking ingezonden door Michiel Rijsdijk, Arnold&Siedsma.
YELLOW in het teken betekent - ook voor het Benelux-publiek - geel
Hof Den Haag 6 december 2016, IEF 16431; IEFbe 2017 (MR tegen Yellow Strom) Merkenrecht. MR schrijft versneld het woordbeeldmerk YELLOW IDEAS in. Daartegen komt Yellow Strom succesvol tegen in oppositie op basis van haar YELLO-merken. MR verzoekt het hof om de beslissing van het BBIE te vernietigen. Het verzoek wordt afgewezen. De ingeroepen merken zijn sinds 2012 ingeschreven en waren op het moment van publicatie van de versnelde inschrijving nog niet gebruiksplichtig. Het bestanddeel YELLOW is het dominante bestanddeel, dat - ook voor het Benelux-publiek - geel betekent. Het extra woord IDEAS is voor de diensten beschrijvend. Er is een verwarringsgevaar, de oppositie is terecht toegewezen.
Uitspraken aangebracht door Florence Verhoestraete en Tanguy de Haan, NautaDutilh.
Na deskundigenberichten is conclusie 7 L-lysine-octrooi nietig (uitsprakenreeks)
Rechtbank van Koophandel Antwerpen 11 juni 2010, IEFbe 2016 (Ajinomoto tegen Helm) De rechtbank weerhoudt ten eerste de letterlijke inbreuk op EP0733710 van gecommercialiseerde L-lysine en beveelt staking. Ten tweede inbreuk op 94/3 WHPC jo. 3 EG Vo 18312003/EG van in beslaggenomen L-lysine-sulfaat. en beveelt staking. Ten derde beveelt de rechtbank een deskundigenonderzoek.
Hof van beroep Antwerpen 15 mei 2012, IEFbe 2016 (Helm tegen Ajinomoto) Het Hof gelast drie deskundigen feitelijke elementen te verzamelen om te beoordelen of het octrooi EP 710 van uitvinderswerkzaamheid getuigt. Zij dienen binnen zes maanden het eindverslag neer te leggen. Het hof bevestigt bestreden vonnis inzake de ongegrondverklaring van de inbreuk op de know-how. Het hof hervormt het vonnis voor de inbreuk op 943 WHPC voor inbeslaggenomen L-lysine-sulfaat waarin stakingsbevel en vernietiging wordt opgelegd.
Vergelijk ook Voorz. Rechtbank van Koophandel Antwerpen 3 feburari 2015, IEFbe 1196 (Global Bio-Chem en Oostvogels tegen Ajinomoto)
Bewarende maatregel blijft voortduren ook na verval van octrooi
Hof van beroep Antwerpen 14 september 2015, IEFbe 2016 (Helm tegen Ajinomoto) Het Hof heropent de debatten teneinde de partijen toe te laten verder standpunt in te nemen over de vordering van geïntimeerde aangaande de door de appellanten beweerd gepleegde inbreuk.
Hof van beroep Antwerpen 18 april 2016, IEFbe 2016 (Helm tegen Ajinomoto) Het Hof hervormt het vonnis en verklaart de resterende vorderingen, met uitzondering van vordering tot vrijgave van de waarborg, ongegrond. Het hof verklaart conclusie 7 EP710 nietig. Over de vordering tot betalen van schadevergoeding aan de 8e appellante wordt een deskundigenonderzoek bevolen om advies te verschaffen over de schade die zij lijdt ingevolge de immobilisatie in haar magazijnen van de inbeslagname tot moment van opheffing van het beslag.
Uitspraken aangebracht door André Van Droogenbroeck, Lexas advocaten.
Takel is voor uitvinderswerkzaamheid vatbaar, inkomstenverlies van ruim half miljoen euro
Hof van beroep Antwerpen 21 maart 2016 (+29 jan 2007); IEFbe 2015 (Sky Man tegen Merkenbureau Bockstael) Octrooirecht. Deskundige komt tot de conclusie dat octrooi BE1000710A4 voor uitvinderswerkzaamheid vatbaar is. Na onderzoek en analyse van drie onderscheiden elementen en op basis van mededelingen gedaan door concurrente, waaronder aantal geproduceerde stuks van de twee takelmodellen (3.403), netto-omzet hiervan (10,7 miljoen euro) en de inkomstenverlies van de market-approach; 5% royalty van die netto-omzet, bedraagt het inkomstenverlies: €536.589,00.
Uitspraak ingezonden door Philippe Campolini, Simont Braun.
Hof van Cassatie: Ompakking Losartan is objectief noodzakelijk om effectieve toegang tot markttoetreding te waarborgen
Hof van Cassatie van België 7 november 2016, IEFbe 2014 (MSD tegen PI Pharma II) Merkenrecht. Parellelimport. Markttoegang. Het Hof van Beroep Brussel [IEFbe 843] besloot dat de herverpakking (een nieuwe buitenverpakking van 98 tabletten Losartan) alsmede de hermerking obectief noodzakelijk is om effectieve toegang te bekomen tot de Belgische markt. Verzet hiertegen is onrechtmatig, het hoger beroep is dan ook gegrond. Het (tweede) cassatieberoep wordt ook verworpen (vgl. IEFbe 2013).
Uitspraak ingezonden door Philippe Campolini, Simont Braun.
Hof van Cassatie: Ompakking Cozaar is objectief noodzakelijk om effectieve toegang tot markttoetreding te waarborgen
Hof van Cassatie van België 7 november 2016, IEFbe 2013; C.15.0206.N (MSD tegen PI Pharma) Merkenrecht. Het Hof van Beroep Brussel [IEFbe 1141] bepaalde eerder dat MSD zijn merkrecht gebruikt tot kunstmatige afscherming van de interne markt. Dergelijk verzet is echter slechts toegestaan indien ompakking uitsluitend is ingegeven door nastreving van een commercieel voordeel voor de parallelimporteur. De herverpakking naar ander formaat is in dit geval echter objectief noodzakelijk, omdat dit vermijdt dat PI Pharma effectieve toegang tot de Belgische markt wordt geweigerd. Indien de importeur dit product slechts op een beperkt deel van de markt van deze lidstaat kan afzetten, kan dat deel samenvallen met de markt van het product van de merkhouder in een welbepaald verpakkingsformaat in de lidstaat van invoer.
Een ompakking van het product is in dat geval objectief noodzakelijk om een effectieve toegang tot de markt van die lidstaat te waarborgen. Uit rechtspraak (Bristol-Myer-squibb, Upjohn, The Wellcome Foundation, Boehringer I) volgt dat de nationale rechter de voorwaarde van de objectieve noodzakelijkheid van ompakking moet onderzoeken op het ogenblik dat het geneesmiddel op de markt wordt gebracht in de lidstaat van invoer. Het Hof van Cassatie verwerpt het beroep
Conclusie AG: Geen grond voor nietig- of vervallenverklaring bij ontbreken kwaliteitscontrole keurmerk
Conclusie AG HvJ EU 1 december 2016, IEF ; C-689/15; ECLI:EU:C:2016:916 (W F Gözze Frottierweberei et Gözze) Uniemerk. Normaal gebruik van keurmerk. Certificeringsmerk. Geen regelmatige kwaliteitscontrole bij licentienemers. Conclusie AG:
1) Het gebruik van een teken als keurmerk kan een rechtshandhavend gebruik als merk in de zin van artikel 15 [UMVo] vormen, voor zover het gebruik van dat teken tegelijkertijd de wezenlijke herkomstaanduidingsfunctie van het merk vervult.
In dat geval moet artikel 9, lid 1, onder a), UMVo aldus worden uitgelegd dat het de houder van het met een keurmerk overeenkomend Uniemerk is toegestaan een concurrent te verbieden een identiek teken te gebruiken voor dezelfde waren of diensten als die waarvoor het merk is ingeschreven, wanneer dit gebruik afbreuk kan doen aan een van de functies van het merk, zoals het aanduiden van de kwaliteit van de waar.
IViR-symposium: Harmonizing European Intermediary Liability in Copyright (14 jan)
Saturday 14 January 2017, 9.30-17.00; University of Amsterdam, Agnietenkapel, Oudezijds Voorburgwal 229-231, 1012 EX Amsterdam, The Netherlands. The IViR is organising an academic symposium on European intermediary liability entitled ‘Harmonising European Intermediary Liability in Copyright’. In view of the new EU copyright reform package, the symposium will examine the issues surrounding intermediary liability in copyright in Europe. Moving beyond the current safe harbour regime, it will explore avenues towards the adoption of a substantive European system. Draft programme
Uitspraak ingezonden door Gie van den Broek, LXA.
Merkvervalsingen Calvin Klein-onderbroeken via marktplaats
Rechtbank Den Haag 30 november 2016, IEF 16415; IEFbe 2010 (Calvin Klein tegen X) Merkinbreuk. In de periode januari-maart 2016 heeft X onder de naam "Fashion from Best" op de website www.marktplaats.nl ondergoed te koop. Via een testaankoop stelt CK vast dat het om merkvervalsingen gaat. Ex 9 lid 1 sub a UMVo en 2.20 lid 1 sub a BVIE staat inbreuk vast en heeft CK, omdat er geen onthoudingsverklaring is getekend, belang bij een inbreukverbod. De rechtbank veroordeelt X tot staking van Uniemerkinbreuk in de Europese Unie en beveelt opgave te doen.
Met verval oud merk, is geen afstand van kenmerken van nog geldend merk gedaan
Vzr. Rechtbank Midden-Nederland 25 november 2016, IEF 16412; IEFbe 2009; ECLI:NL:RBMNE:2016:6290 (Homburg) Mediarecht. Onrechtmatige publicatie. Merkenrecht. Gedaagden behartigen de belangen van ex-Bondhouders en worden in een FD artikel met titel 'Gevecht om [X] -miljoenen verhardt' genoemd. Op een website staat een 'open brief' met vermelding van een verlopen beeldmerk. De gebezigde zinsneden in die brief - zoals “manipulatie”, “bedrog”, “gestolen”, “fraude” en “piramidespel” - vinden onvoldoende steun in het feitenmateriaal, terwijl deze dusdanig ernstig zijn dat de reputatie van eisers hierdoor wordt geschaad. Door het verval van het beeldmerk met lichtblauwe achtergrond heeft eiser geen afstand gedaan van haar recht om kenmerken van haar nog geldende beeldmerk exclusief te gebruiken. Staking merkinbreuk wordt bevolen.