IEFBE 3754
11 juli 2024
Artikel

Monopolisatie van taal? De zaak 'The Women Peloton' tegen Peloton Interactive Inc.

 
IEFBE 3753
4 juli 2024
Uitspraak

HvJ EU: GEMA tegen GL

 
IEFBE 3751
2 juli 2024
Uitspraak

Gerecht verwerpt vordering Société du Tour de France, geen verwarringsgevaar of oneerlijk voordeel

 
IEFBE 2219

Uitspraak ingezonden door Eelco Bergsma en Maarten Rijks, TaylorWessing.

Conclusie AG: Louboutin-zoolmerk kan getoetst worden aan 'wezenlijke waarde'-toets, zonder rekening te houden met reputatie

HvJ EU - CJUE 22 jun 2017, IEFBE 2219; ECLI:EU:C:2017:495 (Louboutin tegen van Haren), https://ie-forum.be/artikelen/conclusie-ag-louboutin-zoolmerk-kan-getoetst-worden-aan-wezenlijke-waarde-toets-zonder-rekening-te-h

Conclusie AG HvJ EU 22 juni 2017, IEF 16890; IEFbe 2219; C‑163/16, ECLI:EU:C:2017:495 (Louboutin tegen van Haren) Merkenrecht. Van Haren vordert nietigverklaring en doorhaling van het Benelux rode zoolmerk. Wezenlijke waarde van de waar kan worden toegepast op zool-merk bestaande uit vorm van een product in een bepaalde kleur. HvJ EU:

„Artikel 3, lid 1, onder e), iii), van richtlijn 2008/95/EG van het Europees Parlement en de Raad van 22 oktober 2008 betreffende de aanpassing van het merkenrecht der lidstaten moet aldus worden uitgelegd dat het van toepassing kan zijn op een teken bestaande uit de vorm van de waar waarbij aanspraak wordt gemaakt op bescherming voor een bepaalde kleur. Het begrip vorm die ‚een wezenlijke waarde geeft’ aan de waar in de zin van deze bepaling heeft uitsluitend betrekking op de intrinsieke waarde van de vorm en hierbij mag geen rekening worden gehouden met de reputatie van het merk of van de houder ervan.”

IEFBE 2218

Gemeenschapsmodel toiletbril ontbeert eigen karakter

Gerecht EU - Tribunal UE 21 jun 2017, IEFBE 2218; ECLI:EU:T:2017:411 (Kneidinger Toiletbril), https://ie-forum.be/artikelen/gemeenschapsmodel-toiletbril-ontbeert-eigen-karakter

Gerecht EU 21 juni 2017, IEF 16889; IEFbe 2218; ECLI:EU:T:2017:411; T-286/16 (Kneidinger Toiletbril) Gemeenschapsmodelrecht. Nietigheidsprocedure. Toiletbril [model]. Ouder Gemeenschapsmodel. Eigen karakter en nieuwheid ontbreekt. Het beroep wordt afgewezen; het model is niet nieuw.

 

IEFBE 2217

Gerecht EU: Visgraat tussen twee parallele lijnen geldig beeldmerk voor haaknaalden

21 jun 2017, IEFBE 2217; ECLI:EU:T:2017:410 (Indeutsch tegen EUIPO), https://ie-forum.be/artikelen/gerecht-eu-visgraat-tussen-twee-parallele-lijnen-geldig-beeldmerk-voor-haaknaalden

Gerecht EU 21 juni 2017, IEF 16888; IEFbe 2217; ECLI:EU:T:2017:410; T-20/16 (Indeutsch tegen EUIPO) Uniemerk. Nietigheidsprocedure. Uniebeeldmerk dat visgraat tussen twee parallelle lijnen weergeeft. Ingeschreven voor brei- en haaknaalden. Onderscheidend vermogen. Onderzoek van het merk zoals ingeschreven. Beslissing kamer van beroep tot nietigverklaring wordt vernietigd. Merk is geldig ingeschreven.

IEFBE 2216

Uniemerkverordening (codificatie) in Publicatie van de EU

De Verordening (EU) 2017/1001 van 14 juni 2017 inzake het Uniemerk (codificatie) is op 16 juni 2017 gepubliceerd in het Publicatieblad van de EU. De Verordening vervangt Verordening (EC) No. 207/2009 van 26 februari  2009 en is van toepassing vanaf 1 oktober 2017.

Le Règlement (UE) 2017/1001 du 14 juin 2017 sur la marque de l'Union européenne (version codifiée) a été publié dans le Journal officiel de l’UE. Le Règlement remplace le Règlement (CE) 207/2009 du Conseil du 26 février 2009 et s'applique à compter du 1er octobre 2017.

IEFBE 2214

Uitspraak ingezonden door Tom Heremans, CMS.

Misleidende vergelijkende reclame Proximus door te stellen dat andere operatoren slecht bereik hebben

Hoven van Beroep - Cours d'Appel 16 feb 2016, IEFBE 2214; (Base Company tegen Proximus), https://ie-forum.be/artikelen/misleidende-vergelijkende-reclame-proximus-door-te-stellen-dat-andere-operatoren-slecht-bereik-hebbe

Hof van Beroep Brussel 16 februari 2016, IEFbe 2214 (Base Company tegen Proximus) Misleidende vergelijkende reclame. Hof vernietigt het bestreden vonnis, behalve de vordering van Base die ertoe strekte vast te stellen dat Proximus door in de reclame te beweren dat de klanten onbeperkt kunnen genieten van haar diensten, terwijl dataverkeer werd uitgesloten, zich schuldig maakt aan een schending van artikelen 94-VI.95 WER juncto artikel VI.99 WER. Hof stelt vast dat Proximus door het zo voor te stellen alsof klanten van andere operatoren een slecht bereik hebben op hun netwerk, zonder dat er op objectieve wijze diensten zijn vergeleken, zich schuldig maakt aan een schending van artikel VI.17 §2 WER.

Leestip: r.o. 11, 12, 19 en 20.

IEFBE 2215

Revue du Droit des Technologies de l'Information 2016/2-3

Revue du Droit des Technologies de l'Information 2016/2-3.
Doctrine
Accès des collaborateurs de l’Office des étrangers à la Banque de données Nationale Générale (BNG) [abstract]
Coline Fievet
Is SIS II respecting your digital rights ? [in extenso]
Kristof Huysmans
La responsabilité pour perte de données dans le cadre d’un contrat [abstract]
François Coppens et Jean-Paul Triaille

Jurisprudence

 

IEFBE 2213

Prej. vragen over bedrijfsgeheimen van een geprivatiseerde bank en toegang tot overheidsinformatie

HvJ EU - CJUE 11 apr 2017, IEFBE 2213; (Nova KBM tegen Slovenië), https://ie-forum.be/artikelen/prej-vragen-over-bedrijfsgeheimen-van-een-geprivatiseerde-bank-en-toegang-tot-overheidsinformatie

Prej. vragen aan HvJ EU 11 april 2017, IEF 16877; IEFbe 2213; IT 2305; C-215/17 (Nova KBM tegen Slovenië) Openbaarheid. Overheidsinformatie. Auteursrecht. Hergebruik. Verzoekster (bank) heeft verzocht om herziening van een uitspraak op een verzoek van een journaliste tot openbaarmaking van een lijst van de consultancyfirma’s, advocatenkantoren en vennootschappen die intellectuele prestaties leveren waarmee verzoekster in de periode van 01-10-2012 tot en met 17-04-2014 overeenkomsten heeft gesloten. De lijst zou ook inhoudelijke gegevens van de overeenkomsten moeten bevatten. Volgens de SLV wetgeving zijn deze gegevens absoluut openbaar waarbij aangetekend dat het belang van het publiek bij openbaarmaking niet zwaarder weegt dan het belang van de tot openbaarmaking verplichte persoon om de toegang tot de gevraagde informatie te beperken. Dit geldt met name voor (rechts)personen die onder de overheersende invloed staan dan wel de laatste vijf jaar hebben gestaan van publiekrechtelijke lichamen, zoals in casu verzoekster, waarin SLV een meerderheidsaandeel had en die door SLV in beduidende mate is geherkapitaliseerd. Met name dit laatste vergroot het openbaar belang van controle. Sinds 21-04-2016 is verzoekster een privaatrechtelijke vennootschap op aandelen. Zij staat niet meer onder de overheersende invloed van de Staat maar is nog wel verplicht vijf jaar lang gegevens te verstrekken op grond van de Wet op de toegang tot overheidsinformatie.

IEFBE 2212

EHRM verwerpt klacht: 'surrounded by brown rats' van satirisch tv-programma is toegestaan

2 mei 2017, IEFBE 2212; ECLI:CE:ECHR:2017:0502DEC005553710 (Haupt tegen Oostenrijk), https://ie-forum.be/artikelen/ehrm-verwerpt-klacht-surrounded-by-brown-rats-van-satirisch-tv-programma-is-toegestaan

EHRM 2 mei 2017, IEF 16876; IEFbe 2212; ECLI:CE:ECHR:2017:0502DEC005553710 (Haupt tegen Oostenrijk) Mediarecht. Mr. Haupt is voorzitter van de FPÖ en Vice-premier van de federale regering. In een aflevering van de satirische comedy show 'Das Letze der Woche' had de gastheer gesuggeerd dat Mr. Haupt 'usually surrounded by little brown rats'. Dit werd gezien als een verwijzing naar neo-Nazis. Mr Haupt had initieel succes met een claim tegen ATV, de televisiezender die het programma uitzondt. De uiteindelijke vordering werd afgewezen in hoogste instantie. Het EHRM wijst de klacht omdat deze kennelijk ongegrond is, de Oostenrijkse gerechten hadden een fair balance tussen Mr. Haupts bescherming van reputatie en ATV's vrijheid van meningsuiting. De verwijzing naar 'brown rats' was geen persoonlijke kritiek op hem, maar een politiek kritiek tegen zijn houding tegenover andere leden van zijn partij. Dit satirische waardeoordeel had voldoende feitelijke basis.

IEFBE 2211

Bijdrage ingezonden door Ruben Tavernier, Arnold & Siedsma.

'Open Patent Office' - alternatief voor of aanvulling op traditionele octrooien?

De Belgische onderzoekers Frederik Questier en Wim Schreurs hebben eerder dit jaar het "Open Patent Office" in het leven geroepen. Dat is een non-profitorganisatie, waar je een zogenoemd "open patent" kan krijgen door een beschrijving van je innovatie te publiceren. Zo verkrijg je internationale defensieve bescherming. Bovendien laat je toe dat anderen direct voortbouwen op jouw idee — open innovatie dus.

De naamkeuze "open patent" is misschien een beetje ongelukkig, omdat je helemaal geen octrooi (in het Engels: patent) in handen krijgt en dus geen intellectuele eigendomsrechten verwerft. Wat je krijgt, is dat derden in principe geen eigen octrooi meer kunnen aanvragen op de innovatie die is beschreven in de als "open patent" gepubliceerde beschrijving. Dit is een defensieve publicatie, dat wil zeggen een openbaarmaking van je innovatie om je vrijheid van handelen (freedom to operate) veilig te stellen. Door defensieve publicatie van je innovatie kan je verhinderen dat derden die na het moment van jouw publicatie een octrooiaanvraag indienen een octrooi verkrijgen op jouw innovatie. Daarmee verhinder je dat derden jou achteraf met hun eigen octrooi beletten om jouw innovatie op de markt te brengen. Je verhindert dat zij een octrooi verkrijgen omdat een octrooi enkel mag worden verleend voor een uitvinding die nog niet openbaar is gemaakt. Als een onderzoeker van een traditioneel octrooibureau (zoals het European Patent Office EPO of het United States Patent and Trademark Office USPTO) dergelijke defensieve publicaties kan vinden, dan mag voor daarin beschreven innovaties geen octrooi meer worden verleend.

IEFBE 2210

Hof bevestigt bestreden vonnis nietigheid Triple Barrel woord- en beeldmerken

Hoven van Beroep - Cours d'Appel 3 nov 2014, IEFBE 2210; (Sport Loisirs Industrie tegen Eurautomat), https://ie-forum.be/artikelen/hof-bevestigt-bestreden-vonnis-nietigheid-triple-barrel-woord-en-beeldmerken

Hof van Beroep Gent 3 november 2014 & Rechtbank van Koophandel Gent 13 december 2012, IEF 16874; IEFbe 2210 (Sport Loisirs Industrie tegen Eurautomat) Merkenrecht. Auteursrecht. Splin is gespecialiseerd in het maken en op de markt brengen van elektronische bingo's, waaronder de belangrijkste, "Montana". Hier kun je onder andere het spel "TRIPLE BARREL" op spelen waar Splin een woord- en beeldmerk op heeft. Verder claimt Splin houder te zijn van de auteursrechten op de grafische vormgeving van de spellen van "Montana". Concurrent Eurautomat ontwikkelt ook bingo's en brengt ze op de markt. Partijen beschuldigen elkaar over en weer van inbreuken op hun beweerde intellectuele rechten. Hof bevestigt het bestreden vonnis dat de merken van Splin nietig zijn, wegens gebrek aan onderscheidend vermogen. Er is daarom geen merkinbreuk van Eurautomat. Splin komt tevens geen auteursrechten toe op de grafische vormgeving van de spellen.

Leestip: r.o. 14 t/m 16.