IEFBE 3754
11 juli 2024
Artikel

Monopolisatie van taal? De zaak 'The Women Peloton' tegen Peloton Interactive Inc.

 
IEFBE 3753
4 juli 2024
Uitspraak

HvJ EU: GEMA tegen GL

 
IEFBE 3751
2 juli 2024
Uitspraak

Gerecht verwerpt vordering Société du Tour de France, geen verwarringsgevaar of oneerlijk voordeel

 
IEFBE 418

Beboet voor belemmering generieke varianten plavix®

Autorité de la concurrence, republique française, 14 mei 2013, décision n° 13-D-11 (Sanofi Aventis)
Een bijdrage van Edmon Oude Elferink en Evi Mattioli, CMS EU Law Office, Brussel.

De Europese Commissie en nationale mededingingsautoriteiten hechten groot belang aan de beschikbaarheid van generieke – en dus goedkopere – geneesmiddelen op de markt. Dat zij vastberaden zijn om de strijd aan te gaan tegen elke belemmering van markttoetreding van deze producten, blijkt uit het verhoogde toezicht in de farmaceutische sector. In Frankrijk onderzocht de mededingingsautoriteit of Sanofi-Aventis producenten van het generiek product van haar geneesmiddel Plavix® van de markt probeerde te weren. De autoriteit stelde op 14 mei 2013 een overtreding vast voor de periode van september 2009 tot januari 2010 en legde Sanofi-Aventis een boete op van 40,6 miljoen euro.

Deze bijdrage is sterk ingekort, lees de gehele bijdrage op LSenR.nl; LS&R 619.

IEFBE 417

Betalen voor Happy Birthday

B. Kist, Betalen voor Happy Birthday, NRC 25 juni 2013.
Bijdrage ingezonden door Bas Kist, Chiever BV.
Weet u waarom bij verjaardagen in Amerikaanse films vaak het lied For He’s a Jolly Good Fellow wordt gezongen en niet het meer voor de hand liggende Happy Birthday? Het eerste nummer is vrij van rechten en voor Happy Birthday moet je betalen. In 1998 wist het bedrijf Warner/Chappell Music de copyrights op Happy Birthday te verwerven en sindsdien incasseert Warner jaarlijks 2 miljoen dollar aan licentievergoedingen.

De zaak kwam aan het licht toen de Amerikaanse filmproducent Good Morning to You Productions het lied Happy Birthday wilde gebruiken en daarvoor 1.500 dollar moest betalen. Het bedrijf spande op 13 juni van dit jaar een rechtszaak aan tegen Warner, waarin het stelt dat de rechten op Happy Birthday al lang geleden zijn afgelopen en iedereen dit lied natuurlijk vrij moet kunnen gebruiken. Het is nog niet bekend wanneer de rechter uitspraak doet.

Moeten Nederlandse filmmakers nu eigenlijk ook oppassen? Jazeker, want mocht de rechter Warner gelijk geven en bepalen dat de auteursrechten in de VS nog van kracht zijn, dan is Happy Birthday vermoedelijk ook onder het Nederlandse auteursrecht nog steeds beschermd.

En hoe zit het dan met het verjaardagsfeestje van oma, waar de complete familie uit volle borst Happy Birthdaybrult? Dat hoeft op zich geen probleem te zijn. Nietcommercieel gebruik in familiekring is zonder meer toegestaan. Maar mocht u besluiten om daarvan dan weer een filmpje op You-Tube te zetten dan kunt u – in theorie – een nota van Warner verwachten. Eerst maar even die uitspraak afwachten.

 Bas Kist

IEFBE 416

Unified-patent-court.org en consultatie Rules of Procedure van start!

The consultation on the Rules of Procedure for the Unified Patent Court was launched on 25 June 2013. Written comments should be sent to secretariat@unified-patent-court.org by 1 October 2013.

Afgelopen februari hebben 25 lidstaten de 'overeenkomst betreffende het eengemaakt octrooigerecht' ondertekend. Deze overeenkomst is het sluitstuk in het unitair octrooidossier, waardoor het bedrijfsleven binnenkort één octrooirecht kan verkrijgen én handhaven binnen (nu nog) 25 lidstaten van de Europese Unie.

Met het ondertekenen van de overeenkomst hebben de lidstaten afgesproken alles in het werk te stellen om het eengemaakt octrooigerecht van start te kunnen laten gaan. Voor het opzetten van het complete gerecht is het 'preparatory committee' opgericht. Dit committee bestaat uit afgevaardigden van de ondertekenende landen, voorgezeten door Nederland in de persoon van Paul van Beukering van het ministerie van Economische Zaken. Het committee heeft vijf subcommissies opgericht, te weten 'legal', 'financial', 'it', 'facilities' en 'human recource & training'. Via de website www.unified-patent-court.org kunt u op de hoogte blijven van de voortgang van het committee en haar subcommissies. Tevens is hier de Q&A te vinden en een agenda over de bijeenkomsten van de preparatory committee.

Tijdens het ondertekenen van de overeenkomst hebben de lidstaten aangegeven dat een van de eerste acties van het preparatory committee het opstellen van de Rules of Procedure van het octrooigerecht moet zijn. Een belangrijk onderdeel van de totstandkoming van de Rules of Procedure is een brede consultatie onder stakeholders. Informatie over de consultatie is vanaf vandaag te vinden op www.unified-patent-court.org/consultations. Alle betrokken stakeholders worden verzocht input te leveren bij deze consultatie.

IEFBE 415

HvJ EU: Jaarverslag 2012

Hof van Justitie van de Europese Unie, Jaarverslag 2012 — Overzicht van de werkzaamheden van het Hof van Justitie, het Gerecht en het Gerecht voor ambtenarenzaken van de Europese Unie, Luxemburg 2013: Bureau voor publicaties van de Europese Unie. (9,2 Mb!)
Het jaarverslag biedt een overzicht van de werkzaamheden van het Hof van Justitie, het Gerecht en het Gerecht voor ambtenarenzaken op rechtspraakgebied en bevat een groot aantal gerechtelijke statistieken. Uittreksels staan hieronder. De volledige versie bevat onder meer het curriculum vitae van de leden, de protocollaire volgorde en een overzicht van de bijkomende werkzaamheden van de instelling (vergaderingen en magistratendagen, officiële en studiebezoeken, studiedagen, etc.). Uittreksels uit eerdere afleveringen zijn te vinden onder Achtergrond.

Leeswijzer:

Onderlinge aanpassing van de wetgeving
p. 37 rechtsbescherming computerprogramma’s: Sas Institute en UsedSoft
p. 39 auteursrecht: Luksan
p. 41 vrij verkeer van goederen: Donner
p. 42 mededeling aan het publiek: SCF en PPI
p. 44 oneerlijke bedingen in consumentenovereenkomsten: Pereničová en Perenič; Invitel; Banco Español de Crédito
p. 48 genetisch gemodificeerde organismen: , Pioneer Hi Bred Italia
p. 49 telecommunicatienet: Vodafone España en France Telecom España
p. 51 Merken: Chartered Institute of Patent Attorneys

Werkzaamheden van het Gerecht in 2012 - Intellectuele eigendom
p. 151 Gemeenschapsmerk
p. 151 a) Absolute weigeringsgronden
p. 152 b) Relatieve weigeringsgronden
p. 153 c) Procedurele kwesties
p. 155 d) Bewijs van normaal gebruik
p. 155 Modellen
p. 156 Kweekproducten

IEFBE 414

Geen onbevoegdheid rechtbank bij negatieve verklaring van recht

Rechtbank Den Haag 19 juni 2013, HA ZA 13-193 (Kalida BV tegen Nexco Pharma)
Uitspraak ingezonden door Wim Maas en Eelco Bergsma, Deterink N.V..
Procesrecht. Bevoegdheidsverweer bij verklaring van niet-inbreuk. Kalida houdt zich bezig met de verhandeling van 4ME, een varkensleverextract waaraan antivirale en immuniteitsversterkende werking wordt toegedicht. Nexco brengt een varkensleverextract op de markt onder de naam Nexavir. Kalida vordert een verklaring voor recht dat zij geen inbreuk maakt op enig intellectueel eigendomsrecht. Nexco vordert bij incidentele conclusie de onbevoegdheid van de rechtbank. Zij stelt dat Kalida niet is aangeschreven, haar sommatiebrieven waren gericht aan Belgische (rechts)personen en zij baseerde zich op een distributieovereenkomst.

Voor de vaststelling van de bevoegdheid is bepalend wat door Kalida wordt gevorderd. Indien de stellingen worden betwist, kan dat leiden tot afwijzing van de vordering, maar een dergelijk verweer doet in beginsel niet af aan de bevoegdheid. De negatieve verklaring van recht (niet-inbreuk) wordt gevraagd voor Nederlandse en Europese octrooien, gemeenschapsmerken, Benelux merken, auteursrechten en andere intellectuele eigendomsrechten.

Lees verder

IEFBE 413

Meeste lidstaten wensen meer studie en consultatie aanpassing heffingenstelsel

Verslag Raad voor Concurrentievermogen, Kamerstukken II, 2012/13, 21 501-30, nr. 311. -  Bijlage bij Kamerstukken II
Tijdens het interne markt- en industriedeel vond er op basis van een voortgangsrapport een oriënterend debat plaats over de hervorming van de accountantsmarkt. De Raad wisselde van gedachten over de modernisering van het Europees auteursrecht, mede op basis van een toelichting door oud-Commissaris Vitorino op zijn rapport met aanbevelingen over heffingen voor privékopieën en reprografie [IEF 12297].

Modernisering auteursrecht
Over deze mededeling gaf de Commissie aan dat in 2014 een objectieve analyse zal worden gemaakt op basis waarvan een besluit zal worden genomen over een eventuele aanpassing van het Europees regelgevend kader. In november 2013 zal een plenaire zitting met stakeholders worden georganiseerd, waarvoor ook de Raad en het Europees Parlement worden uitgenodigd. Doel van dit traject is om tot praktische oplossingen te komen op vier onderdelen van het auteursrecht (vergroting grensoverschrijdend aanbod, user generated content, audiovisueel erfgoed en tekst- en data mining), zonder dat er direct wetgevingsvoorstellen nodig zijn.

Lidstaten gaven in hun reacties aan dat diepgaand onderzoek van alle problemen nodig is. Sommige lidstaten, waaronder Nederland, wezen op de behoefte aan een toekomstbestendig en technologieneutraal auteursrecht. Nederland gaf aan te streven naar een auteursrechtelijk systeem dat niet alleen aansluit bij de huidige stand van de (digitale) technologie, maar ook is toegerust op toekomstige ontwikkelingen.

Aanbevelingen van Vitorino over heffingen voor privé-kopieën en reprografie Als inleiding op de bespreking van het rapport gaf Commissaris Barnier aan dat het rapport is bedoeld als een frisse en onafhankelijke blik op dit onderwerp. Hij gaf aan zich er van bewust te zijn dat in sommige lidstaten momenteel wetgeving wordt opgesteld op het gebied van thuiskopieheffingen. De heer Vitorino begon met de opmerking dat het lastig is over de thuiskopieheffing gemeenschappelijke uitgangspunten te vinden. Sommige aanbevelingen in zijn rapport bleken volgens Vitorino breed gedragen te worden door de geconsulteerde stakeholders, zoals de aanbeveling dat de heffingen zichtbaar moeten zijn. Andere aanbevelingen bleken echter controversiëler, zoals de aanbeveling om de aansprakelijkheid voor de heffing te verplaatsen van de fabrikant/importeur naar de detailhandelaar. Ook wees Vitorino erop dat het onderwerp van online diensten, licentiering en privékopie aan de orde is in de zaak C-457/11 WORT, zodat het Europese Hof van Justitie zich binnenkort over dit onderwerp zal uitlaten.

De meeste lidstaten gaven aan dat er eerst meer studies en consultaties moeten worden verricht voordat kan worden ingeschat of hervormings- en harmonisatievoorstellen op EU-niveau wenselijk zijn. Ook vonden veel lidstaten dat eerst de rechtspraak van het Hof van Justitie moet worden afgewacht. Veel lidstaten uitten bezwaar tegen Vitorino’s aanbeveling om de heffingsplicht van de importeur/fabrikant naar de detailhandelaar te verplaatsen. Volgens de lidstaten zou dit leiden tot een kostbaar en niet goed handhaafbaar heffingssysteem. Enkele lidstaten, waaronder Nederland, spraken de wens uit te komen tot een technologieneutraal, flexibel en modern auteursrecht. Nederland heeft daarbij aangegeven na te willen denken over een alternatief voor het thuiskopieheffingenstelsel, dat toegerust is op de verwachte technologische ontwikkelingen in de komende jaren.

In zijn reactie op de opmerkingen van de lidstaten gaven zowel Vitorino als de Commissie aan dat duidelijk is dat het huidige heffingenstelsel aanpassing behoeft. In 2014 zal de Commissie beoordelen of wetgeving op EU-niveau ten aanzien van de heffingen voor de thuiskopie opportuun is.
IEFBE 412

Beboet voor belemmering generieke varianten plavix®

Autorité de la concurrence, republique française, 14 mei 2013, décision n° 13-D-11 (Sanofi Aventis)
Een bijdrage van Edmon Oude Elferink en Evi Mattioli, CMS EU Law Office, Brussel.

De Europese Commissie en nationale mededingingsautoriteiten hechten groot belang aan de beschikbaarheid van generieke – en dus goedkopere – geneesmiddelen op de markt. Dat zij vastberaden zijn om de strijd aan te gaan tegen elke belemmering van markttoetreding van deze producten, blijkt uit het verhoogde toezicht in de farmaceutische sector. In Frankrijk onderzocht de mededingingsautoriteit of Sanofi-Aventis producenten van het generiek product van haar geneesmiddel Plavix® van de markt probeerde te weren. De autoriteit stelde op 14 mei 2013 een overtreding vast voor de periode van september 2009 tot januari 2010 en legde Sanofi-Aventis een boete op van 40,6 miljoen euro.

Deze bijdrage is sterk ingekort, lees de gehele bijdrage op LSenR.nl; LS&R 619.

IEFBE 411

Prejudiciële vragen over uitleg Richtlijn 2002/20/EG

Prejudiciële vragen gesteld aan HvJ EU 7 mei 2013, gevoegde zaken C-256/13 en C-264/13 (Belgacom ea) - dossier zaak C-256/13 en zaak C-264/13
Prejudiciële vraag gesteld door Hof van Beroep Antwerpen, België. Belasten economische activiteit. Vergoeding. Richtlijn 2002/20/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 betreffende de machtiging voor elektronische communicatienetwerken en diensten (‘Machtigingsrichtlijn’).

Verzoekster Belgacom (zaak C-256/13) levert telecommunicatiediensten. Zij is het oude staatsbedrijf en heeft van oudsher een netwerk. De pylonen die reeds voor vaste telefonie werden gebruikt worden nu ingezet voor de mobiele telefoondiensten. Om het hele grondgebied van België te bestrijken zijn meer pylonen, die enkel voor mobiele telefonie bestemd zijn, geïnstalleerd op (bestaande, gehuurde) gebouwen of speciaal daarvoor opgerichte bouwwerken. In 2006 is een Algemene Provinciebelasting Bedrijven 2007 op ‘vestigingen’ aangenomen. Voor de provincie Antwerpen ontvangt verzoekster voor drie vestigingen in totaal een aanslag van € 297,00. Zij dient in december 2007 een bezwaarschrift in, en in december 2008 een aanvulling. De provincie verwerpt het bezwaarschrift. Verzoekster ontvangt een aanvullende aanslag (jaar 2007bis) ten bedrage van € 45.441,-. Ook tegen die aanslag dient verzoekster 1 december 2008 bezwaar in dat al op 9 december wordt afgewezen. Er volgt nog een aanslag (2007ter) voor een bedrag van € 3.960,- waartegen ook weer bezwaar wordt gemaakt maar ook dit wordt verworpen.

 

Verzoekster is van mening dat voor de aanslagen een geldige rechtsgrondslag ontbreekt (publicatie van de regel had nog niet plaatsgevonden op moment van oplegging). Zij stapt naar de rechter die de vier zaken samenvoegt. De rechter in eerste instantie stelt verzoekster in het gelijk dat de provincialeregeling in strijd is met ‘de wet’. Verweerster (Provincie) gaat in beroep. Zij houdt vol dat verzoekster onroerende zaken in bezit heeft (voor de zendmasten) die als ‘vestigingen’ beschouwd worden. Deze bouwwerken komen niet in aanmerking voor belastingvrijdom. Verzoekster stelt dat de regeling weliswaar grondwetconform is maar indruist tegen RL 2002/20, de ‘machtigingsrichtlijn’, met name artikel 13 volgens welk artikel alleen een vergoeding mag worden gevraagd, geen belasting mag worden geheven.

De verwijzende Belgische rechter acht het stellen van een vraag aan het HvJEU noodzakelijk om deze zaak te kunnen beslissen:  "Moet(en) artikel 6 en/of artikel 13 van richtlijn 2002/20/EG van het Europees Parlement en de Raad van 7 maart 2002 betreffende de machtiging voor elektronische communicatienetwerken en diensten (Machtigingsrichtlijn) aldus worden uitgelegd dat zij/het in de weg staan/staat dat het een overheid van een lidstaat toegelaten is om de economische activiteit van de telecomoperatoren die op het grondgebied of een deel ervan verwezenlijkt wordt door de aanwezigheid op publiek of privaat domein van gsm-masten, -pylonen of -antennes die voor die activiteit worden aangewend, te belasten om budgettaire of andere redenen?"

Zaak C-264/13: In deze zaak is verzoekster Mobistar NV is tevens leverancier van mobiele diensten. De bedragen zijn anders maar de kern van de zaak is hetzelfde.

IEFBE 410

Serie YouTube-filmpjes Sharia4Belgium grof en kwetsend

Hof van Beroep Antwerpen 6 juni 2013, I: AN56.99.324-10, II: AN56.F1.16052-11 (Sharia4Belgium YouTube)

Diversiteit.be: In een hele reeks YouTube-filmpjes laat F.B. zich in bijzonder grove en kwetsende bewoordingen uit ten aanzien van een politica getroffen door een ongeneeslijke ziekte (ondertussen is ze overleden). Ook andere politici worden zwaar op de korrel genomen. Een aantal van zijn uitlatingen betreffen niet-moslims.

Het hof van beroep bevestigt het vonnis van de correctionele rechtbank in Antwerpen geveld op 4 mei 2012 en houdt bij de strafbepaling rekening met de veroordeling van betrokkene door de correctionele rechtbank in Antwerpen op 30 november 2012. Die laatste veroordeling was opgelopen naar aanleiding van uitlatingen tijdens een persconferentie die volgde op de aanhouding van een vrouw die de volledige gelaatssluier droeg.

Zaak Belkacem : notie drukpersmisdrijf ingeperkt en notie belaging uitgebreid
D. Voorhoof, “Strafbare uitingen op internet, de kwalificatie drukpersmisdrijf en het misdrijf belaging”, noot onder Corr. Antwerpen 30 maart 2012 en Corr. Antwerpen 2 mei 2012,Auteurs & Media 2012/5, 484-486.

Dirk Voorhoof, UGent: In een arrest van 6 juni 2013 heeft het hof van beroep te Antwerpen de veroordeling van Belkacem (Sharia4Belgium) bevestigd wegens aanzetten tot haat en discriminatie en wegens belaging via filmpjes en uitspraken op internet. Ten gronde bevestigt het arrest wat kon verwacht worden, nl. dat sprake is van het openlijk aanzetten tot haat, discriminatie of geweld jegens personen of groepen wegens geloof, levensbeschouwing of politieke overtuiging. Opmerkelijk is dat het hof van beroep te Antwerpen van oordeel is dat de gesproken teksten via internet niet de kwalificatie drukpersmisdrijf opleveren, en dat enkel gedrukte teksten in aanmerking komen voor die kwalificatie en de eraan verbonden bevoegdheid van het Hof van Assisen. Ook het oprekken van de strafbaarstelling "belaging" (stalking) tot uitingen op het internet is problematisch. Voor een commentaar op deze beide aspecten, zie noot onder het vonnis a quo, in bijlage. Link naar het arrest hieronder : Antwerpen 6 juni 2013 (niet 13 juni 2013).

IEFBE 409

Beroep Twitter doorgehaald vanwege gebrek aan uitvoering eerder vonnis

Cour d'Appel de Paris 12 juni 2013, 13/06106 (UEJF tegen Twitter)
Met samenvatting van Willem Vos, Sirius Legal.
Antisemitische tweets: beroep ingesteld door Twitter doorgehaald bij gebrek aan uitvoering van het eerste vonnis. Twitter had beroep ingesteld tegen de beschikking in kort geding van 24 januari 2013 uitgesproken door de Tribunal de Grande Instance de Paris (arrondissementsrechtbank van Parijs) waarbij haar bevolen werd de identiteitsgegeven van de auteur van de antisemitische tweets openbaar te maken en een systeem voor het melden van illegale inhoud in werking te stellen. Dit hoger beroep zal echter niet plaats vinden. Bij beschikking van 12 juni 2013 heeft het Hof van Beroep van Parijs de zaak van de rol doorgehaald wegens de niet uitvoering van het vonnis geveld in eerste aanleg. Op verzoek van l’Union des étudiants juifs de France (de Unie van Joodse Studenten van Frankrijk, hierna “UEJF”), heeft het Hof artikel 526 van het Franse Gerechtelijk Wetboek toegepast, zoals ingevoegd door de wet van 28 december 2005 om dilatoire hogere beroepen te vermijden.

In deze zaak hadden vijf verenigingen Twitter gewaarschuwd voor het bestaan van antisemitische hashtags. Twitter heeft die vervolgens ontoegankelijk gemaakt. Zij hadden Twitter eveneens in kort geding gedagvaard om de gegevens te bekomen die hen zouden toelaten om de personen te identificeren die bijgedragen hebben tot het versturen van die illegale tweets. Op 24 januari 2013 heeft de Tribunal de Grande Instance de Paris Twitter bevolen om (i) die gegevens te verstrekken, op straffe van een dwangsom van € 1.000 per dag vertraging, maar ook om (ii) een systeem op te zetten dat gemakkelijk toegankelijk en zichtbaar is en dat aan eenieder toelaat manifest illegale inhoud te melden aan Twitter. Twitter heeft tegen deze beslissing beroep aangetekend. Twitter is van mening dat alhoewel zij het vereiste rapporteringsplatform heeft opgericht, de voorwaarden niet vervuld zijn opdat zij de identificatiegegevens, waarvan zij verklaart die in haar bezit te hebben, kan meedelen. Zij meent dat de uitvoering van dat bevel zou neerkomen op het haar ontnemen van haar recht op hoger beroep vermits de maatregel onomkeerbaar is.  Bovendien zou,  volgens Twitter, de uitvoering van de beschikking  moeten voldoen aan de naleving van internationale verdragen, en in het bijzonder het uitzenden van een internationale rogatoire commissie.

Het Hof van beroep heeft geoordeeld dat Twitter het bevel niet had uitgevoerd, en kwam tot dezelfde conclusie voor wat betreft de oprichting van meldingssysteem dat in werkelijkheid niet gemakkelijk toegankelijk en zichtbaar is. De internetgebruiker zal dit pas vinden indien hij nieuwsgierig, vastberaden en zeer verstandig is. Men moet inderdaad eerst klikken op “help”, wat niet voor de hand liggend is, vervolgens op  "beleid en misbruiken". Op de volgende pagina verscheen pas wat verstaan werd onder misbruik. Het is pas na deze hele omleiding dat de mogelijkheid wordt aangeboden om illegale inhoud te rapporteren.

Het Hof heeft bijgevolg geoordeeld dat de Twitter niet heeft aangetoond zich in de onmogelijkheid te bevinden om de beschikking uit te voeren. Evenmin kon zij onredelijke gevolgen aantonen die de uitvoering met zich zou meebrengen. Het Hof is dan ook ingegaan op de vraag van UEJF om het beroep ingesteld door Twitter door te halen van de rol.