Uitspraak ingezonden door Paul Maeyaert, Altius.
Radiatoren hebben eenzelfde uiterlijk als het ingeroepen Gemeenschapsmodel
Hof van beroep Brussel 14 maart 2017, IEF 16749; IEFbe 2147 (Vasco voorheen The Heating Company tegen Quin/Sabi Therm) Gemeenschapsmodel. Vordering tot staking. Het Hof van Beroep zegt voor recht dat de 'ALBE' en 'RIVA' radiatoren eenzelfde uiterlijk hebben als en/of geen andere algemene indruk wekken dan de radiator afgebeeld in de inschrijving van het Gemeenschapsmodel met nummer 000169370-0002 en de radiatoren afgebeeld in de inschrijving van het internationaal model met nummer DM/060899. Geïntimeerden worden veroordeeld tot onmiddellijke stopzetting van de productie en commercialisatie van inbreukmakende radiatoren onder verbeurte van een dwangsom van 10.000 per inbreuk en per dag.
Connect Professional maakt inbreuk op CONNECT ex sub b
Vzr. Rechtbank Gelderland 4 april 2017, IEF 16753; IEFbe 2151; ECLI:NL:RBGEL:2017:2433 (Connect tegen Connect Professionals) Connect is een uitzendbureau sinds 1992 en is houdster van woordmerk CONNECT. Connect Professionals is opgericht in 2008 en voert (interim)opdracht uit en bemiddelt personeelsdiensten. Het woordmerk en het teken stemmen in zodanige mate overeen dat het verwarringsgevaar in beginsel is gegeven. Dit geldt te meer omdat ook Connect met louter beschrijvende elementen achter het woord Connect, zoals Connect Uitzendbureau en Connect Technisch Uitzendbureau, naar buiten treedt. Connect Professional handelt in strijd met artikel 2.20 lid 1 sub b BVIE. Connect is eind 2016 pas op de hoogte geraakt dat onder de naam Connect Professionals in dezelfde branche wordt gewerkt. Dat kan nauwelijks anders betekenen dan dat tussen 2009 en eind 2016 geen verwarring is ontstaan bij het in aanmerking komende publiek. Er is niet voldoende onderbouwd aannemelijk gemaakt dat verwarring te duchten is als bedoeld in artikel 5 Hnw. Staking woordmerkinbreuk wordt bevolen en veroordeling in de proceskosten €15.196,92.
EDPS on the Proposal for ePrivacy Regulation
EDPS on the Proposal for a Regulation on Privacy and Electronic Communications (ePrivacy Regulation), Opinion 6/2017, 24 april 2017.
This Opinion outlines the position of the EDPS on the Proposal for a Regulation on Privacy and Electronic Communications, which is to repeal and replace the ePrivacy Directive.
Without the ePrivacy Regulation, the EU privacy and data protection framework would be incomplete. While the GDPR -the General Data Protection Regulation- is a great achievement, we need a specific legal tool to protect the right to private life guaranteed by Article 7 of the Charter of Fundamental Rights, of which confidentiality of communications is an essential component. The EDPS therefore welcomes and supports the Proposal which aims to do just that. The EDPS also supports the choice of legal instrument, i.e. a regulation which will be directly applicable and contribute to a greater level of harmonisation and consistency. He welcomes the ambition to provide a high level of protection with respect to both content and metadata and supports the objective of extending the confidentiality obligations to a broader range of services - including the so-called ‘over the top’ services (OTTs) - which reflects the progress of technology. He also considers that the decision to grant enforcement powers solely
to data protection authorities, and the availability of the cooperation and consistency mechanisms within the future European Data Protection Board (EDPB), will contribute to more consistent and effective enforcement across the EU.
Duitse BGH over de informatieplicht van een online prijsvergelijkingssite
BGH 27 april 2017, RB 2841; IEFbe 2148; I ZR 55/16 (Bestattungspreisvergleich) § 5a UWG (Irreführung durch Unterlassen). Informatie dat in een prijsvergelijkingsportaal slechts aanbieders staan die zich verbonden hebben aan portaalaanbieder een provisie te betalen op het moment van de totstandkoming van een overeenkomst, is wezenlijke informatie in de zin van § 5a UWG. Een gebruiker gaat niet uit dat bij een snelle prijsvergelijking slechts aanbieders worden betrokken die provisie betalen bij afsluiting van een contract. Een gebruiker verwacht een prijsvergelijking van alle op het internet beschikbare markten en niet van slechts provisieplichtige selectie van aanbieders.
Uitspraak ingezonden door Reindert van der Zaal, Kennedy Van der Laan.
'Mega-schadevergoeding voor namaak, te vermeerderen met een forfaitaire vergoeding per product die niet op de facturen staat'
Rechtbank Den Haag 26 april 2017, IEF 16745; IEFbe 2146 (Tommy Hilfiger en Calvin Klein tegen Soob management) Bodemzaak na IEF 16253. Merkenrecht. Namaak. Door Soob management is op grote schaal merkinbreuk gemaakt. Van de inzenders: De rechtbank legt een pan-Europees inbreukverbod op t.a.v. de EU-merken en een Benelux-wijd verbod t.a.v. de Benelux merken. (3.1/3.3/3.6). Meest noemenswaardige wat mij betreft is de mega-schadevergoeding die Soob Management moet betalen aan (i) Tommy Hilfiger van EUR 1.471.626,75, ook nog eens te vermeerderen met een forfaitaire schadevergoeding van EUR 39,88 per door gedaagde verhandeld product dat inbreuk maakt en niet op de facturen waarover Tommy Hilfiger beschikt staat vermeld en (ii) aan Calvin Klein van EUR 44.083,60 te vermeerderen met een forfaitaire schadevergoeding van EUR 23,65 per door gedaagde verhandeld product dat inbreuk maakt en niet op de facturen waarover Calvin Klein beschikt staat vermeld (3.5 en 3.8) Verder gelast de rechtbank de vernietiging van alle namaakgoederen (3.11) en wordt Soob Management veroordeeld in de proceskosten (3.12).
Talent aanwerven via IE-Forum.be
Met een advertentie op IE-Forum.be bereikt u succesvol actieve juridische IP/IT-professionals. Op de website van IE-Forum.be plaatsen we uw intellectuele eigendomsrechtgerelateerde advertenties en vacatures. U stuurt een email naar redactie@ie-forum.be met de banner in de bijlage, de link naar de vacature op uw eigen website en de gewenste start/einddatum van plaatsing. Lees meer
Uitspraak mede ingezonden door Dirk Visser, Patty de Leeuwe, Visser Schaap & Kreijger en Fulco Blokhuis, Boekx.
HvJ EU: Mediaspeler met add-ons met hyperlinks naar illegale streams zijn mededeling aan het publiek
HvJ EU 26 april 2017, IEF 16741; IEFbe 2264; IT 2143; ECLI:EU:C:2017:300; C-527/15 (Stichting Brein tegen Filmspeler) Verkoop van een mediaspeler – Aanvullende modules (,add‑ons’) – Publicatie van werken zonder toestemming van de rechthebbende – Toegang tot streamingwebsites. Uit het persbericht: De verkoop van een mediaspeler waarmee gratis en eenvoudig op een televisiescherm illegaal op het internet toegankelijke films kunnen worden bekeken, kan een inbreuk vormen op het auteursrecht. De bij het streamen verkregen tijdelijke reproductie op deze speler van een auteursrechtelijk beschermd werk is niet van het reproductierecht uitgezonderd. HvJ EU antwoordt:
1) Het begrip „mededeling aan het publiek” in de zin van artikel 3, lid 1 [InfoSocRl], moet aldus worden uitgelegd dat het van toepassing is op de verkoop van een mediaspeler als die in het hoofdgeding, waarop vooraf add‑ons zijn geïnstalleerd die op internet beschikbaar zijn en hyperlinks bevatten naar voor het publiek vrij toegankelijke websites waarop auteursrechtrechtelijk beschermde werken zonder toestemming van de rechthebbenden beschikbaar zijn gesteld.
Jugement envoyée par Eric De Gryse et Emmanuel Cornu, Simont Braun.
Les similitudes entre ISLAMIC RELIEF et MUSLIM RELIEF sont trop faibles
Tribunal de commerce francophone de Bruxelles 5 avril 2017, IEFbe 2142 (Islamic Relief Worldwide contre Islamic Relief) En bref: Droit des marques. Le tribunal a conclu à une similitude trop faible entre les divers signes; Il n'y a pas lieu de croice que le public concerné établisse eun lien entre la marque de la demanderesse et celle du défendeur.
Bewijs toegelaten tegen verweer dat dat RUBY voor verwarmingsinstallaties vervalrijp was in 2008
Hof Amsterdam 14 februari 2017, IEF 16732; IEFbe 2141; ECLI:NL:GHAMS:2017:448 (Essegé tegen Ruby Décor) Merkenrecht. Verval. Bewijs. Beroep na IEF 15184. Essegé, in België gevestigd, gebruikt thans het merk RUBY voor verwarmingsinstallaties, dat zij in 1994 ook had gedeponeerd. Ruby Décor, in Nederland gevestigd, gebruikt sinds 2000 het merk RUBY FIRES voor haarden en heeft het op 14 maart 2008 ook gedeponeerd. Essegé vordert onder meer staking van het merk RUBY, RUBY FIRES en/of RUBY DÉCOR. Ruby Décor voert verweer dat het merk in 2008 vervalrijp was (ex art. 2.27 leden 3 en 4 BVIE). Essegé wordt toegelaten tot getuigenbewijs ervan dat zij in de periode van vijf jaar vóór 14 maart 2008 binnen de Benelux het merk RUBY voor verwarmingsinstallaties normaal heeft gebruikt.