DOSSIERS
Alle dossiers

Merkenrecht - Droit des marques  

IEFBE 2378

Vragen aan HvJEU: Wanneer mag eierlikeur de verkoopbenaming 'eierlikeur' dragen?

HvJ EU - CJUE 27 jun 2017, IEFBE 2378; C-462/17 (Eierlikeur), https://ie-forum.be/artikelen/vragen-aan-hvjeu-wanneer-mag-eierlikeur-de-verkoopbenaming-eierlikeur-dragen

Prejudicieel gestelde vragen aan HvJEU 27 juni 2017, IEF 17182; IEFbe 3002; RB 3002; C-462/17 (Eierlikeur). Geografische aanduiding. Etikettering. Via MinBuZa: Verzoekster richt zich tegen het gebruik van de benaming eierlikeur voor een product dat melk bevat. Verzoekster en verweerster (Altenweddinger Geflügelhof Kommanditgesellschaft) zijn producenten van likeuren die onder meer eieren als ingrediënt hebben en die in de detailhandel maar ook online worden verkocht onder de verkoopbenaming eierlikeur. Verweerster produceert onder meer een reeks producten die zij blijkens de etiketten als eierlikeur aanduidt. Op het etiket aan de achterkant van die producten staat ‘bevat melk’. Tussen partijen staat vast dat de likeuren van verweerster inderdaad melk bevatten. Verzoekster meent dat zij tegen het gebruik van de verkoopbenaming eierlikeur voor de producten van verweerster een vordering tot staking kan instellen krachtens de Duitse wet inzake de oneerlijke mededinging in samenhang met de Duitse wet inzake levensmiddelen, consumptiegoederen en voedermiddelen in samenhang met verordening 1169/2011 bijlage II bij verordening 110/2008. Het gebruik van de benaming eierlikeur voor de producten van verweerster is volgens haar misleidend, aangezien melk als ingrediënt van eierlikeur of advocaat in punt 41 van bijlage II bij verordening 110/2008 niet is opgenomen en een product dat naast de in punt 41 van bijlage II bij verordening 110/2008 melk bevat, derhalve ook niet als eierlikeur mag worden aangeduid. Verzoekster vordert veroordeling van verweerster tot staking op straffe van een dwangsom (maximaal €250.000,-) voor elke toekomstige inbreuk. Verweerster vordert verwerping van het beroep. Volgens verweerster gaat het bij punt 41 van bijlage II van verordening 110/2008 louter om minimumvoorwaarden waaraan een product moet voldoen om eierlikeur genoemd te mogen worden. De aanname dat de lijst uitputtend is, zou in tegenspraak zijn met artikel 17(1) verordening 11/69/2011.

IEFBE 2365

Logo pizzeria in Amsterdam hoeft niet aangepast: beperkte overeenstemming met Pizzabakkers-logo

Nederlandse jurisprudentie - Jurisprudence néerlandaise 5 okt 2017, IEFBE 2365; ECLI:NL:RBAMS:2017:7285 (De Pizzabakkers tegen echtpaar pizza-restaurant), https://ie-forum.be/artikelen/logo-pizzeria-in-amsterdam-hoeft-niet-aangepast-beperkte-overeenstemming-met-pizzabakkers-logo

Vzr. Rechtbank Amsterdam 5 oktober 2017, IEF 17160; IEFbe 2365; ECLI:NL:RBAMS:2017:7285 (De Pizzabakkers tegen echtpaar pizza-restaurant) Merkenrecht. Auteursrecht. Beide partijen exploiteren een pizza-restaurant. Pizzabakkers hebben het beeldmerk 'de Pizzabakkers' gedeponeerd voor pizza's, deeg en restauratie. De logo's van beide partijen zijn in het zwart-wit vormgegeven, met in de schep de tekst. De merken stemmen begripsmatig overeen omdat beide logo's een pizza-schep hebben met daarin de naam van de pizza-maker. Er is geen auditieve overeenstemming. De voorzieningenrechter oordeelt dat er een zekere mate van overeenstemming is, maar dat deze beperkt van aard is. Dat de logo's dezelfde totaalindruk zou achterlaten is discutabel. Gedaagden gebruiken het logo alleen voor hun bezorgservice en niet voor het restaurant. Pizzabakkers hebben geen bezorgservice. Gezien de beperkte overeenstemming tussen beide logo's is direct of indirect verwarringsgevaar niet aan de orde. De vorderingen van Pizzabakkers worden afgewezen. 
 

IEFBE 2363

HvJ EU: Artikel 22 EEX-Vo niet van toepassing op geschillen die ertoe strekken dat wordt bepaald of een persoon terecht als merkhouder is geregistreerd

HvJ EU - CJUE 5 okt 2017, IEFBE 2363; ECLI:EU:C:2017:738 (Hanssen Beleggingen tegen Tanja Prast-Knipping), https://ie-forum.be/artikelen/hvj-eu-artikel-22-eex-vo-niet-van-toepassing-op-geschillen-die-ertoe-strekken-dat-wordt-bepaald-of-e

HvJ EU 5 oktober 2017, IEF 17150; IEFbe 2363; ECLI:EU:C:2017:738 (Hanssen Beleggingen tegen Tanja Prast-Knipping) Merkenrecht. Bevoegdheid van de gerechten van de woonplaats van de verweerder – Artikel 22, punt 4 – Exclusieve bevoegdheid voor de registratie en de geldigheid van intellectuele-eigendomstitels – Geding om te bepalen of een persoon terecht als merkhouder is geregistreerd. Conclusie A-G [IEF 16954]. HvJ EU:

Artikel 22, punt 4 [EEX-Vo], moet aldus worden uitgelegd dat het niet van toepassing is op geschillen die ertoe strekken dat wordt bepaald of een persoon terecht als merkhouder is geregistreerd.

IEFBE 2349

De wezenlijke functie van een collectief Uniemerk is niet bedoeld om waren te onderscheiden op geografische oorsprong, maar zich te onderscheiden van andere ondernemingen

HvJ EU - CJUE 20 sep 2017, IEFBE 2349; ECLI:EU:C:2017:702 (The Thea Board tegen Delta Lingerie), https://ie-forum.be/artikelen/de-wezenlijke-functie-van-een-collectief-uniemerk-is-niet-bedoeld-om-waren-te-onderscheiden-op-geogr

HvJ EU 20 september 2017, IEF 17127; IEFbe 2349; ECLI:EU:C:2017:702; C-673/15 (The Tea Board tegen EUIPO/Delta Lingerie) Uniemerk. Delta Lingerie heeft Uniemerkaanvragen ingediend voor het beeldteken 'Darjeeling' voor o.a. lingerie. Oppositie is ingesteld door The Tea Board, gebaseerd op het oudere Uniewoordmerk DARJEELING, ingeschreven in de klasse thee. Het Gerecht heeft geen blijk gegeven van een onjuiste rechtsopvatting door te oordelen dat de wezenlijke functie van een collectief Uniemerk erin bestaat de waren of diensten van de vereniging die merkhouder is te onderscheiden van die van andere ondernemingen, en niet deze waren te onderscheiden op basis van de geografische oorsprong ervan. Evenmin heeft het Gerecht blijk gegeven van een onjuiste rechtsopvatting door te oordelen dat wanneer de conflicterende tekens enerzijds collectieve merken en anderzijds individuele merken zijn, de mogelijkheid dat het publiek kan aannemen dat de waren en diensten dezelfde plaats van herkomst hebben, geen relevante factor kan zijn om aan te tonen dat deze dezelfde of soortgelijk zijn. Niet valt uit te sluiten dat uit een gebied waarvan de geografische benaming als collectief Uniemerk is ingeschreven verschillende grondstoffen kunnen komen die worden gebruikt voor de vervaardiging van verschillende waren. Het Gerecht heeft juist vastgesteld dat de consument van de Darjeeling-thee niet zou kunnen aannemen dat de waren en diensten van Delta Lingerie uit het Darjeelinggebied afkomstig zijn. Ook zouden zij niet kunnen worden aangetrokken door de positieve waarden en eigenschappen door het Darjeelinggebied, aangezien de producten van Delta Lingerie geen uniek verband hebben met het Darjeelinggebied, welke de thee wel heeft. Er wordt geen ongerechtvaardigd voordeel getrokken uit de reputatie van het oudere merk. 

IEFBE 2348

Onmiddellijke inzage documentatie export Amerikaans verpakte Freestyle strips

Nederlandse jurisprudentie - Jurisprudence néerlandaise 22 sep 2017, IEFBE 2348; ECLI:NL:RBNNE:2017:3618 (bbott Diabetes Care tegen HTG Health and Beauty en Kamstra), https://ie-forum.be/artikelen/onmiddellijke-inzage-documentatie-export-amerikaans-verpakte-freestyle-strips

Vzr. Rechtbank Noord-Nederland 22 september 2017, IEF 17126; IEFbe 2348; ECLI:NL:RBNNE:2017:3618 (Abbott Diabetes Care tegen HTG Health and Beauty en Kamstra) Inzage en afgifte ex art. 843a Rv na bewijsbeslag. Abbott stelt dat HTG inbreuk op haar Uniemerkenrechten maakt en onrechtmatig handelt in die zin dat HTG profiteert van de inbreuk op de Amerikaanse merken van Abbott, de exporteur zou zonder toestemming (herverpakte) test strips voor diabetici op de Amerikaanse markt hebben gebracht die van oorsprong voor andere markten waren bedoeld, en op die manier profiteren van de prijsverschillen op de Europese en Amerikaanse markt. De voorzieningenrechter bepaalt dat Abbott onmiddellijk (binnen 48 uur) inzage krijgt over de beslagen documentatie over de Amerikaanse verpakte Freestyle Lite strips. 

IEFBE 2347

Uitspraak ingezonden door Astrid Janssen en Syb Terpstra, De Brauw Blackstone Westbroek

Merk Mall of the Netherlands vervalt door geen normaal gebruik in periode van 5 jaar

Nederlandse jurisprudentie - Jurisprudence néerlandaise 20 sep 2017, IEFBE 2347; (Hoogh Catharijne tegen Rodamco Nederland Winkels), https://ie-forum.be/artikelen/merk-mall-of-the-netherlands-vervalt-door-geen-normaal-gebruik-in-periode-van-5-jaar

Rechtbank Noord-Holland 20 september 2017, IEF 17120; IEFbe 2347 (Hoogh Catharijne tegen Rodamco Nederland Winkels) Vervallenverklaring Benelux-merkenrecht. RNW is onderdeel van de Unibail-Rodamco Groep en is sinds 2008 houdster van het Benelux-merk 'Mall of the Netherlands'. In juni 2016 heeft Unibail-Rodamco aangekondigd dat zij haar winkelcentrum in Leidschendam gaat ontwikkelen tot Mall of the Netherlands. Hoogh Catharijne, winkelcentrum in Utrecht, vordert de vervallenverklaring van de inschrijving van het merk. De rechtbank wijst deze vordering toe. Gedurende een ononderbroken periode van vijf jaar is zonder geldige reden geen normaal gebruik van het oudere merk gemaakt binnen het Benelux-gebied. Het recht op het Benelux-merk wordt vervallen verklaard en de rechtbank haalt de inschrijving door voor alle waren en diensten waarvoor het is ingeschreven. Hoogh Catharijne maakt met het gebruik van de woorden 'Mall of the Netherlands' geen inbreuk op de Benelux-merkrechten van URNW. 

IEFBE 2346

Inbreuk merkenrecht door gebruik Lean and Green logo op vrachtwagen

Nederlandse jurisprudentie - Jurisprudence néerlandaise 13 sep 2017, IEFBE 2346; ECLI:NL:RBOBR:2017:4856 (Stichting Connekt tegen Ebby Road), https://ie-forum.be/artikelen/inbreuk-merkenrecht-door-gebruik-lean-and-green-logo-op-vrachtwagen

Vzr. Rechtbank Oost-Brabant 13 september 2017, IEF 17117; IEFbe 2346; ECLI:NL:RBOBR:2017:4856 (Stichting Connekt tegen Ebby Road) Inbreuk merkenrecht. Stichting Connekt biedt een "Lean and Green" programma aan voor bedrijven en overheid voor het stimuleren van duurzaamheid. Connekt is houdster van het Lean and Green logo als Europees Beeldmerk. Ebby Road, een transportonderneming die geen deelnemer is geweest aan het programma, heeft het logo afgebeeld op zijn vrachtwagens in de vorm van een sticker. Connekt stelt dat Ebby Road inbreuk op het merkenrecht van Connekt maakt door het logo zonder toestemming te gebruiken. Gedaagde heeft het logo jarenlang gebruikt, niet is vastgesteld of de stickers daadwerkelijk zijn verwijderd. In een e-mail van 14 februari 2017 heeft gedaagde in strijd met de waarheid verklaard dat de stickers op dat moment waren verwijderd. De voorzieningenrechter veroordeelt Ebby Road om het gebruik van het Lean and Green-logo op zijn voertuigen te staken, met een dwangsom van €1.000,- per dag. 

IEFBE 2345

Uitspraak ingezonden door Arnoud Martens en Iris Jansen, Van Benthem & Keulen

Exclu-Floors maakt inbreuk op merk ExcluFloorS, maar mag handelsnaam blijven gebruiken

Nederlandse jurisprudentie - Jurisprudence néerlandaise 13 sep 2017, IEFBE 2345; ECLI:NL:RBGEL:2017:4976 (ExcluFloorS tegen Exlu-Floors), https://ie-forum.be/artikelen/exclu-floors-maakt-inbreuk-op-merk-exclufloors-maar-mag-handelsnaam-blijven-gebruiken

Rechtbank Gelderland 13 september 2017, IEF 17113; IEFbe 2345; ECLI:NL:RBGEL:2017:4976 (ExcluFloorS tegen Exlu-Floors) Inbreuk merkenrecht. ExcluFloorS en Exclu-Floors handelen beide in PVC vloeren. ExcluFloorS heeft een licentie voor het gebruik van het woord-/beeldmerk ExcluFloorS voor onder meer reparaties en installatiewerkzaamheden van PVC vloeren. Volgens ExcluFloorS maakt Exclu-Floors inbreuk op haar merk en handelsnaam. De rechtbank oordeelt dat er sprake is van een verrassende en ongebruikelijke samenstelling: het woord ExcluFloorS komt onderscheidingskracht toe. Gelet op de zeer grote mate van overeenstemming, de aangeboden waren waarvoor het merk en het teken worden gebruikt zijn dezelfde, en dat ExcluFloorS onderscheidend vermogen heeft kan bij afnemers van PVC-vloeren verwarring ontstaan. Beide partijen bieden exclusieve vloeren aan, waardoor de aard van de ondernemingen zeer nauw verwant is, maar dit doen zij in verschillende landen. ExcluFloorS is alleen gevestigd in Nederland en Exclu-Floors in België: gelet op de gescheiden markten maakt Exclu-Floors geen inbreuk op de handelsnaam van ExcluFloorS. 

IEFBE 2342

Groot begripsmatig verschil tussen SITA en SINA rijst

Nederlandse jurisprudentie - Jurisprudence néerlandaise 13 sep 2017, IEFBE 2342; ECLI:NL:RBDHA:2017:10421 (Sita tegen Sina), https://ie-forum.be/artikelen/groot-begripsmatig-verschil-tussen-sita-en-sina-rijst

Rechtbank Den Haag 13 september 2017, IEF 17106; IEFbe 2342; ECLI:NL:RBDHA:2017:10421 (SITA tegen SINA) Merkenrecht. Eiser is houder van het Benelux en internationale woordmerk SITA voor rijst. Gedaagde importeert en verkoopt in Nederland rijst onder de naam SINA. Eiser vordert een merkinbreukverbod, opgave van informatie en een voorschot op schadevergoeding. De rechtbank oordeelt dat tussen SITA en SINA geen sprake is van gevaar voor directe- of indirecte verwarring. Het relevante publiek zijn mensen met een achtergrond in Islamitsiche culturen. Sina is een Islamitische mannelijke geleerde en welbekend in Islamitische kringen. Sita is de naam van een vrouw uit een bekend mythologisch verhaal. Dit levert een groot begripsmatig verschil op en weegt op tegen de fonetische en visuele overeenstemming. De vorderingen van eiser worden afgewezen. 

IEFBE 2343

De bescherming die beschermde oorsprongsbenamingen en geografische aanduidingen krachtens Vo. 1234/2007 genieten kan niet worden aangevuld door nationaal recht

HvJ EU - CJUE 14 sep 2017, IEFBE 2343; ECLI:EU:C:2017:693 (EUIPO tegen Instituto dos Vinhos do Douro e do Porto), https://ie-forum.be/artikelen/de-bescherming-die-beschermde-oorsprongsbenamingen-en-geografische-aanduidingen-krachtens-vo-1234-20

HvJ EU 14 september 2017, IEF 17107; IEFbe 2343; ECLI:EU:C:2017:693; C‑56/16 (EUIPO tegen Instituto dos Vinhos do Douro e do Porto) Merkenrecht. Geografische aanduidingen. Zie eerder: IEF 16809. Het EUIPO heeft het teken 'Port Charlotte' ingeschreven als Uniemerk ter aanduiding van whisky, en wijst de door het IVDP ingestelde vordering tot nietigverklaring af. Gerecht EU wijst het beroep van IVDP gedeeltelijk toe. Het Hof oordeelt dat het Gerecht geen blijk van een onjuiste rechtsopvatting heeft gegeven door de beginselen die het Hof in het arrest van 8 september 2009 heeft geformuleerd inzake de uniformiteit en exclusiviteit van de beschermingsregeling van verordening nr. 510/2006, toe te passen op de regeling van verordening nr. 1234/2007 aangezien hun doelstellingen en kenmerken vergelijkbaar zijn. Het Gerecht heeft wel blijk gegeven van een onjuiste rechtsopvatting door te oordelen dat de bescherming die beschermde oorsprongsbenamingen en geografische aanduidingen krachtens verordening nr. 1234/2007 genieten kan worden aangevuld door het toepasselijke nationale recht dat aanvullende bescherming biedt. Het Gerecht heeft terecht geoordeeld dat merk Port Charlotte geen gebruik van de oorsprongsbenaming 'Porto' of 'Port' inhoudt en dat de gemiddelde consument het merk niet zal associëren met portwijn met de betrokken oorsprongsbenaming.