DOSSIERS
Alle dossiers

Merkenrecht - Droit des marques  

IEFBE 2593

Conclusie: Gebruik van oppervlaktepatroon is weinig waarschijnlijk gelet op betrokken waren

HvJ EU - CJUE 6 jun 2018, IEFBE 2593; ECLI:EU:C:2018:397 (Birkenstock), https://ie-forum.be/artikelen/conclusie-gebruik-van-oppervlaktepatroon-is-weinig-waarschijnlijk-gelet-op-betrokken-waren

Conclusie AG HvJ EU 6 juni 2018, IEF 17747; IEFbe 2593; ECLI:EU:C:2018:397 ; C-26/17 P (Birkenstock) Merkenrecht.

Overeenkomstig het verzoek van het Hof zal ik mij in deze conclusie beperken tot het onderzoek van het eerste onderdeel van het eerste middel van de hogere voorziening. In het kader van dat onderdeel betoogt rekwirante in wezen dat het Gerecht ten onrechte de enkele „mogelijkheid” dat een teken dat wordt gevormd door een reeks elementen die op regelmatige wijze worden herhaald, als oppervlaktepatroon wordt gebruikt, heeft gehanteerd als criterium voor toepassing van de rechtspraak inzake tekens die samenvallen met de verschijningsvorm van de waar.

Net als het Gerecht meen ik dat enkel wanneer het gebruik van een oppervlaktepatroon gelet op de aard van de betrokken waren weinig waarschijnlijk is, een dergelijk teken niet kan worden beschouwd als een oppervlaktepatroon voor de betrokken waren, en derhalve de rechtspraak die is ontwikkeld met betrekking tot driedimensionale merken die samenvallen met het uiterlijk van de waar, niet van toepassing is.

IEFBE 2591

Uitspraak aangebracht door Lisbeth Depypere en Tom Heremans, CMS Law.

Inbreuk op het Puma-merk door grote mate van overeenstemming van de tekens en identieke waren

Rechtbanken van Koophandel - Tribunaux de commerce 24 mei 2018, IEFBE 2591; (Puma tegen Excessive), https://ie-forum.be/artikelen/inbreuk-op-het-puma-merk-door-grote-mate-van-overeenstemming-van-de-tekens-en-identieke-waren

Voorz. NL Rechtbank van Koophandel Brussel 24 mei 2018, IEF 17742; IEFbe 2591 (Puma tegen Excessive) Merkinbreuk. Puma is houdster van meerdere merken. Op 25 september 2017 tekende Puma oppositie aan tegen het merkdepot van gedaagde, op basis van het Puma-merk dat voor identieke waren is geregistreerd. Tegelijkertijd stelde Puma vast dat gedaagde ook sportartikelen adverteert en verkoopt via een Facebookaccount en op de website www.excessive.skyrock.com. Regelmatig wordt enkel het logo zonder het woordelement “Excessive” gebruikt op een identieke manier als het Puma-merk wordt gebruikt op de sportkleren van Puma. De grote mate van overeenstemming tussen de tekens, het feit dat de waren identiek zijn en het grote onderscheidend vermogen van het Puma-merk zal leiden tot verwarringsgevaar bij de consument. Er is sprake van merkinbreuk.

IEFBE 2585

Uitspraak ingezonden door Jaap Bremer, Jos Klaus en Irenah Klink, BarentsKrans.

Hof: Oppositie KPN tegen depot PN grotendeels toegewezen

29 mei 2018, IEFBE 2585; ECLI:NL:GHDHA:2018:1223 (KPN tegen KPP), https://ie-forum.be/artikelen/hof-oppositie-kpn-tegen-depot-pn-grotendeels-toegewezen

Hof Den Haag 29 mei 2018, IEF 17726; IEFbe 2585; ECLI:NL:GHDHA:2018:1223 (KPN tegen KPP) Merkenrecht. KPN heeft zonder succes oppositie ingesteld tegen het door KPP verrichte depot van het woordmerk PN. Minst genomen is er sprake van een geringe mate van overeenstemming in visueel en auditief opzicht. Deels zijn de betrokken waren en diensten van merk en teken identiek en deels in hoge mate soortgelijk zijn. Het Hof vernietigt de beslissing en wijst de oppositie toe voor de waren en diensten in klasse 9 en 38. Het depot wordt alleen ingeschreven voor de waren in klasse 25.

Van de inzender:

IEFBE 2582

Uitspraak en samenvatting ingezonden door Jeroen Muyldermans, Altius.

Novartis verzet zich met succes tegen de ompakking en hermerking van het generieke geneesmiddel

Brussel - Bruxelles(Fr./Nl.) 12 apr 2018, IEFBE 2582; (Novartis tegen Impexeco), https://ie-forum.be/artikelen/novartis-verzet-zich-met-succes-tegen-de-ompakking-en-hermerking-van-het-generieke-geneesmiddel

Voorz. NL Rechtbank van Koophandel Brussel 12 april 2018, IEF 2582 (Novartis tegen Impexeco) Merkenrecht. In Nederland op de markt gebracht onder haar stofnaam ‘letrozol’ door Sandoz, naar de merkbenaming ‘Femara’ gebruikt door Novartis in België. Hoewel Sandoz en Novartis deel uitmaken van dezelfde groep, is er geen sprake van uitputting op de merkenrechten van Femara. Impexeco moet bewijzen dat het optreden van Novartis de toegang tot de markt voor het geneesmiddel ‘letrozol’ in België onmogelijk maakt. Er is geen sprake van artificiële afscherming, aangezien de markten voor generieke en merk-oncologische producten reeds zijn opgedeeld vanuit regelgevend oogpunt en vanuit de medische praktijk. De producten zijn in se niet substitueerbaar. Hermerking was derhalve louter commercieel. Het generieke product had evenzeer toegang tot de Belgische markt.

IEFBE 2581

Uitspraak en samenvatting ingezonden door Jeroen Muyldermans, Altius.

Geen verwarringsgevaar of oneerlijke mededinging tussen verpakkingen van tomaten

Brussel - Bruxelles(Fr./Nl.) 16 mei 2018, IEFBE 2581; (Stoffels tegen Den Berg), https://ie-forum.be/artikelen/geen-verwarringsgevaar-of-oneerlijke-mededinging-tussen-verpakkingen-van-tomaten

Voorz. Rechtbank van Koophandel (en afd.) Antwerpen, 16 mei 2018, IEF 2581 (Stoffels tegen Den Berg) Merkenrecht. Zelfs als men enkel rekening houdt met de visuele impact van het recent door eiseres gedeponeerde complexe merk (TomaD’or), ligt de overeenstemming met Miss Perfect enkel in elementen die, indien al dominant, niet onderscheidend zijn. Consument is niet gewend de herkomst af te leiden uit loutere kleuren. De stakingsrechter neemt in rekening dat eiseres niet over een kleurmerk beschikt en vóór de procedure enkel beschikte over een woordmerk voor haar verpakking. Eiseres geeft daarmee zelf te kennen dat dit het meest onderscheidende bestanddeel van het merk vormt.

IEFBE 2577

Jugement envoyé par Jozefien Vanherpe et Véronique Pede, CAPE IP Law.

L'Abbaye de Villers porte atteinte aux droits de VILLERS pour les bières

Brussel - Bruxelles 26 apr 2018, IEFBE 2577; (Brouwerij L. Huyghe contre Abbaye de Villers la Ville/Abbey beer), https://ie-forum.be/artikelen/l-abbaye-de-villers-porte-atteinte-aux-droits-de-villers-pour-les-bi-res

Cour d'appel Bruxelles 26 avril 2018, IEFbe 2577 (Brouwerij L. Huyghe contre Abbaye de Villers la Ville/Abbey beer) Marques Benelux. Action en cessation. Produits identiques (bières). Public pertinent. Similitudes. Risque de confusion. Huyghe brasse et commercialise de nombreuses bières dont une est dénommée TRIPLE VILLERS et une autre VIEILLE VILLERS. Elle est titulaire des marques verbales et figurative Benelux. La brasserie Huyghe a été contactée par des réprésentants du site des ruines de l'abbaye de Villers pour discuter du brassage et/ou de la reprise de ses marques VILLERS. La cour constate que l'utilisation par l'ASBL Abbaye de Villers-la-Ville et la SPRL Abbey Beer des signes (Triple; Abbaye de) VILLERS (V; IX; Authentique; Triple) pour des bières constitue une atteinte aux droits exclusifs que la SA Brouwerij L. Huyghe détient sur ses marques Benelux.

IEFBE 2576

Uitspraak en samenvatting aangebracht door Jeroen Muyldermans & Olivier Vrins, Altius.

Vragen aan BenGH: Kan de artistieke vrijheid een geldige reden uitmaken in de zin van BVIE?

Brussel - Bruxelles(Fr./Nl.) 12 apr 2018, IEFBE 2576; (The Damn Pérignon Collections), https://ie-forum.be/artikelen/vragen-aan-bengh-kan-de-artistieke-vrijheid-een-geldige-reden-uitmaken-in-de-zin-van-bvie

Voorz. NL Rechtbank van Koophandel Brussel 12 april 2018, IEF 17718; IEFbe 2576(The Damn Pérignon Collection) Merkenrecht. Vrijheid van meningsuiting. Vragen aan Benelux Gerechtshof. Een kunstenaar gebruikt het teken 'Damn Pérignon' in kunst. Het gebruik van de gewraakte tekens voor kleding trekt ongerechtvaardigd voordeel uit de bekendheid van de Dom Pérignon merken. Verweerster buit het imago van chique en vintage uit dat verbonden is met deze merken, en eigent zich het recht toe van de merkhouder om te bepalen met welke ondernemingen zij samenwerkt in het kader van marketing of sponsoring.

Het gebruik van het teken “Damn Pérignon” is bovendien schadelijk voor de reputatie. Het gebruik van scheldwoorden en de ‘boudoir’ context van promotie daarvan heeft een negatieve invloed op het imago van kwaliteit, luxe, vintage en traditie waarvoor de Dom Pérignon merken garant willen staan.

IEFBE 2578

Afstemmingsregel toegepast in paars kleurmerkzaak op partij die geen partij was in bodemzaak

Nederlandse jurisprudentie - Jurisprudence néerlandaise 22 mei 2018, IEFBE 2578; ECLI:NL:GHARL:2018:4622 (GSK tegen Sandoz), https://ie-forum.be/artikelen/afstemmingsregel-toegepast-in-paars-kleurmerkzaak-op-partij-die-geen-partij-was-in-bodemzaak

Hof Arnhem-Leeuwarden 22 mei 2018, IEF 17719; IEFbe 2578; ECLI:NL:GHARL:2018:4622 (GSK tegen Sandoz) Beroep na IEF 15580 waarin de voorzieningenrechter de inburgering van het paarse kleurmerk onvoldoende aannemelijk acht. Toepassing afstemmingsregel op een partij die niet betrokken was in een bodemzaak, maar wel in het daarop volgende kort geding, omdat beide zaken materieel betrekking hebben op dezelfde kwestie. Het kleurmerk is geldig volgens de bodemzaak van de rechtbank van Koophandel Brussel [IEFbe 2520]. Het erga omnes-karakter van het merkrecht brengt mee dat dit ook geldt ten opzichte van Sandoz B.V., die geen partij in de Belgische bodemzaak is. In zoverre slagen de grieven van GSK. De rechtbank Brussel heeft, in strijd met vaste rechtspraak van het Hof van Justitie, de beschermingsomvang van het kleurmerk ten onrechte beperkt tot "tot die precieze kleurtint en -code die werd gedeponeerd als merk". Het beroep van GSK op artikel 2.20 lid 1 sub b en c van het BVIE is afgewezen, omdat het relevante publiek van artsen en apothekers, beslist op basis van werkzame stoffen en niet op basis van de kleur, zodat het "aanleunen van beide tinten niet relevant is voor de keuze" en dus geen verwarringsgevaar of onterechte associatie kan opleveren. Het hof beslist in lijn met het oordeel van Brussel rechtbank in het vonnis en wijst de inbreukvorderingen af. Het hof overweegt ten overvloede dat daarnaast het belang bij de gevraagde voorzieningen ontbreekt. Het Hof bekrachtigt het vonnis waarvan beroep.

IEFBE 2573

Uitspraak aangebracht door Michaël De Vroey, Baker McKenzie.

Door Schoonheidsschool ontwikkelde theorieën zijn luchtkastelen die geen band meer hebben met de werkelijkheid

Antwerpen(afd. Antwerpen) - Anvers(div. Anvers) 3 mei 2018, IEFBE 2573; (Lesley-Ann Poppe en VZW I-Learning tegen BVBA Belenus en VZW Schoonheidsschool), https://ie-forum.be/artikelen/door-schoonheidsschool-ontwikkelde-theorie-n-zijn-luchtkastelen-die-geen-band-meer-hebben-met-de-wer

Rechtbank van Koophandel Antwerpen, afd. Antwerpen, 3 mei 2018 en Rechtbank van Koophandel Antwerpen, afd. Antwerpen, 14 december 2017, IEFbe 2573 (Lesley-Ann Poppe en VZW I-Learning tegen BVBA Belenus en VZW Schoonheidsschool) Handelsnaamrecht. Merkenrecht. Eind augustus 2017 werd de Schoonheidsschool in gebreke gesteld door mevrouw Poppe wegens schending van haar recht op naam, aanhaking aan haar bekendheid en verwarringstichting (zie IEFbe1546). De Schoonheidsschool had een aantal benamingen met de bestanddelen ‘Lesley-Ann’ en ‘Poppe’ geregistreerd als Beneluxmerk en had er bij Google voor gezorgd dat mevrouw Poppe haar eigen naam niet meer kon registreren of gebruiken als zoekwoord. Het gebruik van de naam van mevrouw Poppe door Benelus en de Schoonheidsschool is onrechtmatig. Zij falen aan te tonen dat zij deze handelsnaam in het verleden zelf zouden hebben gebruikt. De juridische theorieën die zij ontwikkelen zijn luchtkastelen die geen enkele band meer hebben met de werkelijkheid. Nu blijkt dat de naam van mevrouw Poppe niet als handelsnaam wordt gebruikt, kan zij ook onmogelijk haar toestemming hiertoe hebben gegeven. De merkregistraties zonder de toestemming van mevrouw Poppe zijn onrechtmatig en er is sprake van depots te kwader trouw. De merken zijn nietig.

IEFBE 2575

Het principe van voor-voorgebruik GELDOF niet uitgebreid tot ascendenten van deposant

Hoven van Beroep - Cours d'Appel 5 mrt 2018, IEFBE 2575; https://ie-forum.be/artikelen/het-principe-van-voor-voorgebruik-geldof-niet-uitgebreid-tot-ascendenten-van-deposant

Hof van Beroep Gent 5 maart 2018, IEFbe 2575; IEF 17714 (Geldof tegen Engicon) Merkenrecht. Recht op gebruik eigen naam. Depot te kwader trouw. Eiseressen exploiteren een GELDOF METAALCONSTRUCTIE en vorderen met succes bij de rechtbank van koophandel [IEFbe 1612] de doorhaling van merkdepot van GELDOF door mevrouw Geldof. Het Hof bevestigt de bestreden vonnissen. Het gedeponeerde Benelux woordmerk GELDOF is nietig wegens manifest te kwader trouw. Appellante levert geen enkel bewijs dat zij voorbereidingen had getroffen om onder de eigen naam zelfstandige activiteiten te ontwikkelen. De stelling van appellante dat het principe van voor-voorgebruiker zou moeten worden uitgebreid met betrekking tot het voor-voorgebruik van ascendenten van deposant (haar vader) is juridisch nergens onderbouwd.