Conclusie AG inzake auteursrecht op vervallen octrooi

Conclusie AG 6 februari 2020, IEF 19008, IEFbe 3037; ECLI:EU:C:2020:79 (SI en Brompton Bicycle Ltd tegen Chedech / Get2Get) Geschil tussen de bedenker van een vouwsysteem voor fietsen (en het bedrijf dat die fietsen produceert) en een Koreaanse onderneming die soortgelijke fietsen produceert die door eerstgenoemde wordt beschuldigd van schending van zijn auteursrecht. De rechtsvraag luidt of een fiets waarvan het vouwsysteem vroeger onder een – thans vervallen – octrooi viel, als auteursrechtelijk beschermbaar werk kan worden beschouwd. Met name belangrijk is of een dergelijke bescherming is uitgesloten wanneer de vorm van het voorwerp “noodzakelijk is om technisch resultaat te bereiken” en op basis van welke criteria hij die beoordeling moet maken.
HvJ EU geeft verdere uitleg aan reproductierecht en recht van mededeling

HvJ EU 14 november 2019, IEF 19007, IEFbe 3036; ECLI:EU:C:2019:970 (Spedidam e.a. tegen INA) Spedidam, een vereniging voor de inning en distributie van de rechten van uitvoerend kunstenaars van muziek en dans, staat in deze zaak samen met PF en GF tegenover INA, het nationaal audiovisueel instituut. PF en GF zijn rechtsopvolgers van ZV, een overleden muzikant, en hebben geconstateerd dat INA zonder hun toestemming op zijn webwinkel video-opnamen en fonogrammen met een aantal uitgevoerde werken van ZV te koop aanbood en vorderde daarom in voorgaande procedures schadevergoeding van INA. Spedidam intervenieert vrijwillig aan de kant van PF en GF.
Artikel ingezonden door Bjorn Schipper, Schipper Legal.
Video rondetafelgesprek met advocaten Kraftwerk-zaak

Afgelopen jaar, tijdens Amsterdam Dance Event (ADE), vond er een rondetafeldiscussie plaats over de historische beslissing van het Europese Hof van Justitie [IEF18613] in de zaak Kraftwerk tegen de twee Duitse hiphopproducenten, Moses Pelham en Martin Haas. Bjorn Schipper nodigde beide Duitse advocaten uit die bij deze zaak betrokken waren om de uitkomst en de implicaties van deze beslissing van het HvJ EU voor de muziekindustrie te bespreken.
Hermann Lindhorst (Schlarmann Von Geyso, Hamburg) vertegenwoordigt Kraftwerk en Udo Kornmeier (Schalast, Frankfurt) vertegenwoordigt Martin Haas cs. Bjorn Schipper leidde de rondetafeldiscussie. Bekijk hier de video.
Artikel ingezonden door Tjibbe Douma en Alexandra Michel, Dentons.
Tjibbe Douma en Alexandra Michel over de conclusie AG in de CJEU Santen-zaak

Will Neurim be a "rare wild animal"?
CJEU’s AG again tries to persuade the CJEU to abandon its famous SPC decision in Neurim, this time in Santen.
The Opinion is currently only available in a limited number of languages including French. The Opinion was eagerly awaited by those wanting to know whether after Neurim and after Abraxis an SPC can be obtained for a new indication of an old active ingredient. The AG primarily proposes to essentially abandon Neurim and treat this as an exceptional case (a new human indication following a first veterinary indication): a rare wild animal which should never surface again. Only alternatively, does the AG propose a balanced interpretation of Neurim in response to the questions posed. In that case an SPC can be obtained for a new therapeutic indication for an old active ingredient or relate to a use of that active ingredient, in which it should exert a new pharmacological, immunological or metabolic action of its own.
Lees hier het hele artikel van Tjibbe Douma en Alexandra Michel.
Uitspraak ingezonden door Paul Marcelis en Julian Eck, Brinkhof.
Vorderingen inzage afgewezen

Vzr. Rechtbank Midden-Nederland 21 januari 2020, IEF 18996, LS&R 1784, IEFbe 3033; ECLI:NL:RBMNE:2020:214 (VUB c.s. tegen QVQ) Vrije Universiteit Brussel (hierna: VUB) is houdster van de basis octrooifamilie voor de zware-keten antilichamen, de VHH’s (hierna: de Hamers-octrooien). Ablynx is een biofarmaceutisch bedrijf en tevens eigenaar van een sublicentie voor de Hamers-octrooien met het doel de Nanobody technologie te kunnen exploiteren voor medische toepassingen. QVQ is een serviceonderneming die zich bezighoudt met het ontwikkelen en produceren van VHH’s voor andere ondernemingen op het gebied van medische producten, farmaceutische processen en voeding.
HvJ EU verduidelijkt criteria farmaceutisch octrooi in mededingingsrecht

HvJ EU 30 januari 2020, IEF 18991, LS&R 1782, IEFbe 3032; ECLI:EU:C:2020:52 (Generics UK e.a.) De Competition Appeal Tribunal heeft het Hof een prejudiciële vraag gesteld over de wettigheid van een besluit van de Competition and Markets Authority betreffende overeenkomsten tot schikking van een octrooigeschil gericht aan een aantal fabrikanten van generieke geneesmiddelen en aan de farmaceutische groep GlaxoSmithKline (hierna: GSK). Samenvattend gaan de vragen over de criteria aan de hand waarvan beoordeeld kan worden of een overeenkomst tot schikking van een geschil tussen de houder van een farmaceutisch octrooi en een fabrikant van generieke geneesmiddelen in strijd is met het mededingingsrecht van de Unie.
Uitspraak ingezonden door Dirk Visser, Visser Schaap & Kreijger.
HvJ EU: merkdepot zonder voornemen te gaan gebruiken in de bewuste klasse kan te kwader trouw zijn

HvJ EU 29 januari 2020, IEF 18982, IT 3025, IEFbe 3031; ECLI:EU:C:2020:45 (Sky tegen SkyKick) Het Britse bedrijf Sky is merkhouder van Uniemerken met betrekking tot televisie-uitzendingen, telecom en meer. Deze merken zijn ook ingeschreven in het Verenigd Koninkrijk als nationale woordmerken. Sky heeft een vordering wegens inbreuk op de merken ingesteld tegen SkyKick, een Amerikaanse onderneming die zich voornamelijk bezighoudt met het aanbieden van cloud-services. SkyKick heeft aangevoerd dat de ingeroepen merken geheel of gedeeltelijk nietig zijn omdat onvoldoende duidelijk en nauwkeurig is aangegeven op welke waren en diensten deze betrekking hebben. Tevens zouden de merken te kwader trouw zijn aangevraagd, om een zeer ruime merkbescherming te verkrijgen.
HvJ EU: toegang tot rapporten toegewezen

HvJ EU 22 januari 2020, LS&R 1781, IEFbe 3030; ECLI:EU:C:2020:24 (MSD Animal Health Innovation en Intervet International tegen EMA) In deze zaak heeft het Hof, vergelijkbaar met [LS&R 1780], de kwestie onderzocht van toegang tot documenten van de Europese Unie die zijn ingediend in het kader van aanvragen voor een vergunning voor het in de handel brengen (VHB). MSD Animal Health Innovation en Intervet International, rekwiranten in deze zaak, hadden hogere voorzieningen ingesteld tegen het arrest van het Gerecht, inhoudende de verwerping van hun beroep tot nietigverklaring van het besluit waarbij het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) toegang had verleend tot documenten die informatie bevatten die was overgelegd in het kader van VHB-aanvraagprocedures voor geneesmiddelen. De documenten waar het in casu om ging waren toxicologische testrapporten en een klinisch onderzoeksrapport, die rekwiranten hadden overgelegd bij hun VHB-aanvragen voor een geneesmiddel voor diergeneeskundig gebruik.
HvJ EU: toegang tot rapporten van PTC Therapeutics toegewezen

HvJ EU 22 januari 2020, LS&R 1780, IEFbe 3029; ECLI:EU:C:2020:23 (PTC Therapeutics International tegen EMA) In deze zaak heeft het Hof voor het eerst de kwestie onderzocht van toegang tot documenten van de Europese Unie die zijn ingediend in het kader van aanvragen voor een vergunning voor het in de handel brengen (VHB). PTC Therapeutics International, rekwirant in deze zaak, had hogere voorzieningen ingesteld tegen het arrest van het Gerecht, inhoudende de verwerping van haar beroep tot nietigverklaring van het besluit waarbij het Europees Geneesmiddelenbureau (EMA) toegang had verleend tot documenten die informatie bevatten die was overgelegd in het kader van VHB-aanvraagprocedures voor geneesmiddelen. De documenten waar het in casu om ging waren toxicologische testrapporten en een klinisch onderzoeksrapport, die rekwirant had overgelegd bij haar VHB-aanvragen voor een geneesmiddel voor menselijk gebruik.
Uitspraak ingezonden door Vincent Wellens, NautaDutilh.
Geen merkinbreuk Skylink op EU-merken SKY

Tribunal d'Arrondissement de Luxembourg 5 juli 2019, IEF 18776, IEFbe 3028 2019TALCH02/01112 (Skylink tegen SKY) In deze zaak moest de Luxemburgse arrondissementsrechter zich uitspreken over het gebruik van „skylink“ door M7 (de groep die ook in Nederland Canaal Digitaal commercialiseert) in Tsjechië en Slowakije voor televisiedistributie per satelliet. British Sky Broadcasting, nu kortweg SKY, heeft een zaak aangespannen voor de Luxemburgse rechter (M7 heeft haar zetel in Luxemburg) om dit gebruik te doen stoppen en beroept zich hiervoor op haar „SKY“ merken. Deze vordering wordt afgewezen omdat SKY een merkinbreuk in Tsjechië en Slowakije, waar SKY niet actief is, niet aannemelijk maakt.