Dank aan de tip van Kristof Neefs, Inteo.
Hof van Cassatie: 'verwatering' en 'inburgering' bestaan niet in het auteursrecht
Hof van Cassatie 17 februari 2017, IEFbe 21110 (Cassegrain (Longchamp) tegen Calem) Auteursrecht. Eerder de Voorz. Rb KH Gent en Hof van Beroep Gent [IEFbe 1066]. Verwerping van het cassatieberoep. Oorspronkelijkheid moet slechts worden onderzocht indien er een werk van letterkunde of kunst voorhanden is. Eens toegekend of erkend, blijft een auteursrecht voortbestaan. Beginselen zoals verwatering en inburgering bestaan niet in het auteursrecht. Uit het arrest:
3. Hieruit volgt dat de rechter de vraag naar de oorspronkelijkheid slechts moet onderzoeken indien een werk van letterkunde of kunst voorhanden is, dat uitdrukking vindt in een welbepaalde, concrete vormgeving en derhalve voorwerp kan zijn van de bescherming onder voormeld artikel 1, § 1, eerste lid, Auteurswet 1994.
Prejudiciële vragen over 'indirect commercieel gebruik voor geografisch aangeduide producten'
Prejudiciële vragen gesteld aan HvJ EU 19 januari 2017, IEF 16643; IEFbe 2109; C-44/17 (Glen Buchenbach) Etikettering; bescherming geografische oorsprong; ‘indirect gebruik’. Verzoekster is een naar Schots recht opgerichte organisatie van de Schotse whiskyindustrie ter bescherming van de handel in Schotse whisky, zowel in Schotland als in het buitenland. Zij is een zaak begonnen tegen verweerder vanwege het gebruik van de aanduiding ‘Glen Buchenbach’ voor whisky die geen Scotch whisky is. Glen Buchenbach wordt door de Waldhornbrennerei in Berglen/DUI vervaardigd. Op het etiket van de door verweerder in de handel gebrachte flessen wordt vermeld dat de whisky gefabriceerd is in ‘Waldhornbrennerei Glen Buchenbach’. Verzoekster eist staking van de productie. Het woord ‘glen’ betekent ‘smalle vallei’ in Gaelisch. Ongeveer een kwart van de distilleerderijen van Schotse whisky is genoemd naar de glen waarin zij liggen.
HvJ EU: voor persoonsgegevens in het vennootschapsregister geen recht om vergeten te worden
HvJ EU 9 maart 2017, IT 2243; IEFbe 2108; C-398/15; ECLI:EU:C:2017:197 (Camera di Commercio, Industria, Artigianato e Agricoltura di Lecce tegen Salvatore Manni) Handelsregister. Privacy. Uit het persbericht: De lidstaten kunnen echter, na verloop van een voldoende lange termijn na de ontbinding van de betrokken vennootschap, in uitzonderlijke gevallen de toegang van derden tot die gegevens beperken. HvJ EU:
Artikel 6, lid 1, onder e), artikel 12, onder b), en artikel 14, eerste alinea, onder a), [richtlijn 95/46/EG], gelezen in samenhang met artikel 3 van de [Eerste richtlijn (68/151/EEG)], moeten aldus worden uitgelegd dat het bij de huidige stand van het Unierecht aan de lidstaten is om te bepalen of natuurlijke personen als bedoeld in artikel 2, lid 1, onder d) en j), van richtlijn 68/151 de met het houden van het centraal register, handelsregister of vennootschapsregister belaste autoriteit mogen verzoeken om op basis van een beoordeling per geval na te gaan of het, om zwaarwegende en gerechtvaardigde redenen die verband houden met hun bijzondere situatie, bij wijze van uitzondering gerechtvaardigd is om, na verloop van een voldoende lange termijn na de ontbinding van de betrokken vennootschap, de toegang tot in dat register over hen opgenomen persoonsgegevens te beperken tot derden die een aantoonbaar belang hebben bij inzage in die gegevens.
HvJ EU: Royalties en licentierechten niet opnemen in douanewaarde
HvJ EU 9 maart 2017, IEF 16642; LS&R 1434; IEFbe 2107; C-173/15; ECLI:EU:C:2017:195 (GE Healthcare tegen Hauptzollamt Düsseldorf) Royalties en licentierechten moeten niet worden opgenomen in de douanewaarde als niet vaststaat dat licentierechten voor merken verschuldigd zijn. HvJ EU:
1) Artikel 32, lid 1, onder c) [DouaneVo] moet aldus worden uitgelegd dat dit artikel enerzijds niet verlangt dat het bedrag van de royalty’s of de licentierechten wordt vastgesteld op het tijdstip waarop de licentieovereenkomst wordt gesloten dan wel op het tijdstip waarop de douaneschuld ontstaat, teneinde deze royalty’s of licentierechten te kunnen aanmerken als betrekking hebbende op de goederen waarvan de waarde moet worden bepaald, en dat het anderzijds toestaat dat deze royalty’s of deze licentierechten worden geacht „betrekking [te hebben op] [...] de goederen waarvan de waarde dient te worden bepaald”, ook al houden die royalty’s of die licentierechten slechts gedeeltelijk verband met die goederen.
ALAI Resolution on the value gap
ALAI Resolution on the European proposals for a Directive on Copyright in the Digital Single Market of 14 September 2016 to introduce fairer sharing of the value when works and other protected material are made available by electronic means, (adopted on 18. February 2017 during the meeting of the Executive Committee of ALAI in Paris)
ALAI considers however:
- that the proposed construction would be stronger and more effective if the solutions put forward in recital 38 were enshrined in an Article of the future directive;
- that certain translations of recital 38 (particularly the French and German versions) would gain from being redrafted in that they are likely to mislead readers concerning the place of the right of communication to the public.
Décision envoyée par Florence Margenat, JVM.
De l'enregistrement du nom de domaine artbrussels.com abusivement
Cour d'appel Bruxelles 10 juin 2016, IEFbe 2105 (artbrussels.com) Marques. Action en cessation. Nom de domaine. Artexis a comme activité l'organisation de salons et de foires d'art grand public, dont la célèbre foir d'art contemporain <ART BRUSSELS>, qu'elle a organisée cette année pour la trentième année consécutive. Galeria Sztuki avait procédé abusivement à l'enregistrement du nom de domaine artbrussels.com. Le premier juge constater une atteinte aux droits exclusifs sur les marques d'ARTEXIS (2.20.1.d CBPI); L'utilisation du logo sur le site constitue un usage illicite des marques et également un acte contraire aux usages honnêtes en matière commerciale au sens de l'article 95. La cour décide que l'action mue par l'intimée est intégralement fondée et que le jugement entrepris doit être confirmé en tous points de ces constatations et de ces injonctions de cessation.
Contribution envoyée par Frédéric Lejeune, HOYNG ROKH MONEGIER et blog.
Frédéric Lejeune - Les abandonwares et le droit d’auteur
Les logiciels, software ou programmes d’ordinateur suscitent des questions intéressantes en termes de droit d’auteur, notamment s’agissant des fonctionnalités, du matériel de conception préparatoire, etc. A cet égard, on lira notamment avec attention l’arrêt SAS Institute (C-406/10, IEFbe 208) de la Cour de justice de l’Union européenne et, en ce qui concerne la Belgique, l’arrêt du 19 mars 2015 de la Cour d’appel de Bruxelles (disponible ici : IEFbe 1456). Mais les logiciels, software ou programmes d’ordinateur posent parfois d’autres questions auxquelles on ne pense pas immédiatement.
Frédéric Lejeune s’est ainsi intéressé à la question des abandonwares et y a consacré un petit billet au ton léger, afin de donner quelques pistes de réflexions sur le statut de ces logiciels dits « abandonnés ». Qu’est-ce qu’un abandonware? Existe-t-il une définition légale? Existe-t-il un régime légal? Peut-on faire ce qu’on veut avec un abandonware? La législation sur le droit prévoit-elle une exception en ce sens? Pour en savoir plus, c’est ici.
HvJ EU: Geen verlaagd btw-tarief voor digitale boeken via elektronische weg, wel voor boeken op fysieke dragers
HvJ EU 7 maart 2017, IEF 16633; IEFbe 2103; IT 2239; C-390/15; ECLI:EU:C:2017:174 (RPO tegen Prokurator Generalny) Geen verlaagd btw-tarief voor de levering van digitale boeken langs elektronische weg – Beginsel van gelijke behandeling – Vergelijkbaarheid van twee situaties – Levering van digitale boeken langs elektronische weg en op alle fysieke dragers. Uit het persbericht: Het beginsel van gelijke behandeling staat er niet aan in de weg dat digitale boeken, kranten en tijdschriften die langs elektronische weg worden geleverd, uitgesloten zijn van de toepassing van een verlaagd btw-tarief. Volgens de btw-richtlijn kunnen de lidstaten een verlaagd btw-tarief toepassen op gedrukte publicaties, zoals boeken, kranten en tijdschriften. Digitale publicaties moeten daarentegen aan het normale btw-tarief worden onderworpen, met uitzondering van digitale boeken die op een fysieke drager worden geleverd (op cd-rom bijvoorbeeld).
Immuniteit van Europees Octrooi Organisatie bevestigd
Hof Den Haag 7 maart 2017, IEF 166 ; ECLI:NL:GHDHA:2017:445 (Vakbondsunie van EOB cs. tegen Europese Octrooi Organisatie) Immuniteit Europees Octrooi Bureau. Verwijzing naar HR [IEF 16533]. De Hoge Raad vernietigt het arrest van het Hof. Na enkele inleidende beschouwingen over de toekenning van immuniteit aan internationale organisaties en de proportionaliteit van die toekenning in relatie tot het recht op toegang tot de rechter heeft de Hoge Raad overwogen: "Het feit dat leden van VEOB c.s. alleen achteraf kunnen opkomen tegen de door EOO vastgestelde bepalingen die VEOB c.s. in de onderhavige procedure ter discussie stellen, betekent dus nog niet dat het rechtsmiddel dat aan hen ter beschikking staat, geen voldoende effectief rechtsmiddel is in de zin van art. 13 EVRM". Het hof bekrachtigt het gewezen vonnis [IEF 16180] dat de EOO immuniteit geniet.
Jugement envoyée par Vincent Wellens, NautaDutilh.
Le sac à main GRAMERCY de COACH viole le modèle communautaire de FENDI sur le sac PEEKABOO
Tribunal d'arrondissement de et à Luxembourg 24 février 2017, IEFbe 2101 (Fendi contre Coach) Dessin et modèle. FENDI est une maison de couture et de prêt-à-porter de luxe. Une des créations de FENDI est le sac PEAKABOO qui a été lancé sur le marché en 2009. Le modèle de ce sac est protégé par le modèle communautaire enregistré 1090922-0001. La société COACH Inc. a été constituée en 1941 à New York et en 2014 elle a commencé à commercialiser le sac sous le nom GRAMERCY. Le tribunal dit que COACH Inc. en commercialisant ce sac reprenant les caractéristiques essentielles du sac PEEKABOO, viole le modèle communautaire de FENDI sur le sac PEEKABOO. Le tribunal ordonne de cesser toute commercialisation du sac à main GRAMERCY et de fournir à FENDI toutes les informations dont elle dispose concernant la provenance et les réseaux de distribution du sac GRAMERCY.