13 feb 2018
Uitspraak ingezonden door Carina Gommers, Margot Van Meerbeeck, HOYNG ROKH MONEGIER.
Derdenverzet beschikking mini-portefeuille ongegrond
Voorz. NL Rechtbank van Koophandel Brussel 13 februari 2018, IEFbe 2483; C/17/00087 (Griffe J tegen Secrid) Kort geding. Derdenverzet. Octrooirecht. Modellenrecht. Verweerster is houdster van Europees octrooi EP 2 434 922 B1 met de titel "Houder voor betaalkaarten" en Benelux modelregistratie 38548-01 dat het ontwerp van de "mini-portefeuille" beschermt. Eisende partij op derdenverzet biedt eveneens mini portefeuilles aan via webshops. Verweerster heeft eiser in gebreke gesteld. Verweerster meent dat eiser na deze ingebrekestelling nog steeds de inbreukmakende producten aanbiedt. De voorzitter van de rechtbank van koophandel staat toe dat er een beschrijvend en bewarend beslag wordt gelegd. Deze beschikking is proportioneel. De vorderingen van eiser op derdenverzet zijn ongegrond.
De beslagmaatregel is naar redelijkheid verantwoord: dit moet verhinderen dat verder op de markt producten worden verhandeld die een inbreuk uitmaken op de intellectuele eigendomsrechten, waardoor de oorspronkelijk verzoekende partijen het risico lopen nog grotere schade te lijden, doordat zij aldus een aanzienlijk deel van haar cliënteel verliest.
De hiernagevorderde maatregelen zijn redelijk, aangezien enkel door een verbod tot uit handen geven van de vermeende inbreuk makende goederen de zekerheid bestaat dat er geen verdere inbreuken op de rechten van de oorspronkelijke verzoekster worden gepleegd. Zo kan de schade nog enigszins worden beperkt. Enkel het verbod om zich van de vermeende inbreuk makende goederen te ontdoen, ze te verplaatsen of er wijzigingen aan te brengen kan ertoe leiden dat het intellectueel eigendomsrecht, ingeroepen door de oorspronkelijke verzoeksters, wordt beschermd.