Gepubliceerd op donderdag 30 juni 2022
IEFBE 3476
Antwerpen - Anvers ||
14 mei 2018
Antwerpen - Anvers 14 mei 2018, IEFBE 3476; (Friesland Brands tegen Incopack), https://ie-forum.be/artikelen/uitvinding-ontbreekt-inventiviteit-hoger-beroep-ongegrond

Uitvinding ontbreekt inventiviteit, hoger beroep ongegrond

Hof van beroep Antwerpen 14 mei 2018, IEFbe 3476; rolnr. 2014/AR/345 (Friesland Brands tegen Incopack) Friesland Brands is houder van een Europees octrooi dat ziet op een aerosolcontainer met een spuitmond die bestemd is voor voedselproducten. Zij stelt dat Incopack inbreuk maakt op haar octrooi door slagroomaerosolcontainers met spuitmonden te produceren en te verdelen. Na een deskundigenbericht acht het hof dat de uitvinding, waar het octrooi van Friesland Brands betrekking op heeft, niet inventief is. Volgens het hof vloeit de uitvinding op een voor de hand liggende wijze voort uit de stand van de techniek. Het hof verklaart het hoger beroep daarom ongegrond.

4.2. 

(...)

Het hof oordeelt dat uit die vaststellingen van de deskundige volgt dat de uitvinding van de appellante niet berust op uitvinderswerkzaamheid. De uitvinding is niet inventief. Ze vloeit op een voor de hand liggende wijze voort uit de stand van de techniek.

Het feit dat de deskundige in zijn verslag stelt dat het op de prioriteitsdatum van EP'655 in de aanpalende gebieden van slagroommachines, sifons en spuitzakken ontbrak aan feiten zodat men enkel door het gebruik van de tulpvormige spuitmond tot een beter gevormde toef kwam, doet aan het oordeel van het hof geen afbreuk. Evenmin kan uit het feit dat de klassieke spuitmond van aerosolcontainers gedurende dertig Jaar quasi onveranderd bleef, worden afgeleid dat er sprake is van uitvinderswerkzaamheid. 4.3. De appellante brengt geen objectieve gegevens bij die afbreuk doen aan de feitelijke vaststellingen van de deskundige, die de opmerkingen van de partijen op zijn verslag in voor lezing beantwoordde in zijn definitief verslag.

4.4. De appellante zoekt tevergeefs soelaas bij het vonnis van de arrondissementsrechtbank van Düsseldorf van 5 oktober 2017. Het hof is door dit oordeel over het Duits luik van EP655 niet gebonden (HvJEU, 13 juli 2006, C-539/03, EU: C: 2006: 458, Roche Nederland/ Primus).