28 mrt 2017
Organisator I love the 90's-feest maakt merkinbreuk door gebruik merk van Belgische muziekgroep 2 Unlimited
Hof van Beroep Brussel 28 maart 2017, IEFbe 2620 (Deco tegen Grenslandhallen) De redactie is op zoek naar: Rb KH Brussel tussenvonnis 22 maart 2013 en eindvonnis Rb KH Brussel 16 oktober 2013 om deze aan dit bericht toe te voegen redactie@ie-forum.be. Merkenrecht. Appellante is uitgever van de muziekwerken van de Belgische muziekgroep genaamd 2 Unlimited. Zij is houder van een Benelux woord- en beeldmerk en Uniemerk (woordmerk). Geïntimeerde organiseert sinds 2008 in de Grenslandhallen het evenement ‘I love the 90’s – Party’. Op 29 december 2008 werd een overeenkomst gesloten tussen partijen over een mini-concert op het evenement I love the 90’s. Er was uitdrukkelijk bepaald dat het gebruik van het woord- en beeldmerk ‘2 Unlimited’ niet was toegestaan. Appellante stelt dat geïntimeerde inbreuk heeft gepleegd op, onder andere, haar merkenrecht. Het is vastgesteld dat op de website van geïntimeerde ‘2 Unlimited’ stond. De woordmerken zijn niet vervallen, want er is sprake van normaal gebruik in de relevante periode. Er is derhalve sprake van merkinbreuk. Het debat wordt heropend voor de vaststelling van de hoogte van de schadevergoeding.
19. Gelet op de voormelde vaststellingen besluit het hof tot de ongegrondheid van de vordering van geïntimeerde tot vervallenverklaring van het door appellante ingroepen Uniemerk en van het door haar ingeroepen Benelux woordmerk, en tot de gegrondheid van de vordering van geïntimeerde tot vervallenverklaring van het door appellante ingeroepen Benelux beeldmerk.
20. […] Het betreft een gebruik door geïntimeerde, in het economisch verkeer, van een teken dat gelijk is aan de woordmerken van appellante en gebruikt wordt voor dezelfde diensten als deze waarvoor de merken werden ingeschreven.
Door dit gebruik van geïntimeerde wordt afbreuk gedaan aan de functies van de merken van appellante, waaronder de publiciteitsfunctie en de herkomstaanduidingsfunctie. Het is immers, gelet op alle concrete omstandigheden van de zaak (cfr. supra) voldoende aannemelijk dat verwatering (afbreuk aan het onderscheidend vermogen) van de merken van appellante ontstaat door het gebruik dat door geïntimeerde van de woordmerken van appellante wordt gemaakt.
22. De inbreukvordering van appellante gesteund op artikel 2.20.1.a. BVIE en artikel 9.1.a) GMV is gegrond voor het vastgesteld inbreukmakend gebruik.