Gepubliceerd op maandag 23 juni 2014
IEFBE 885
De weergave van dit artikel is misschien niet optimaal, omdat deze is overgenomen uit onze oudere databank.

Opname met verborgen camera magistratenbezoek aan tempel toegestaan

Raad voor de Journalistiek 19 juni 2014, IEFbe 885 (Mahieu tegen VRT)
Mediarecht. Verborgen camera toegestaan. Term mogelijke normvervaging. Klacht van toenmalig voorzitter van de Rechtbank van Eerste Aanleg Antwerpen. Aanleiding is een reportage in Het Journaal van 10 januari 2012 over het bezoek van een groep Antwerpse magistraten aan de Indiase Jaïntempel in Antwerpen. De reportage is gemaakt met verborgen camera en brengt verschillende magistraten herkenbaar in beeld. De reportage meldt ook dat het bezoek gepaard ging met een etentje dat volgens de eerste uitnodiging aangeboden werd door het Antwerp World Diamond Center, terwijl er verschillende gerechtelijke onderzoeken liepen tegen de diamantsector. In een duidend commentaar bij de betrokken reportage zegt journalist dat het woord corruptie op dit moment niet aan de orde is, maar dat je wel kan spreken van een mogelijke normvervaging.

Door met verborgen camera te werken, wekt de VRT de indruk dat magistratie criminele daden stelden. De VRT nam de beslissing om te werken met verborgen camera in overleg met de hoofdredactie en de deontologische adviesraad. De Raad is daarom van oordeel dat aan de voorwaarden voor verborgen opnames voldaan is. De term 'mogelijke normvervaging' wordt niet als beroepsethische fout beschouwd.

Klacht Klager zegt dat de reportage van de VRT zijn imago en het imago van de magistratuur in het algemeen schaadt. Door te werken met verborgen camera wekt de VRT de indruk dat de magistraten met hun bezoek criminele daden stelden en contact hadden met criminele diamantairs, terwijl het om een louter cultureel bezoek ging op uitnodiging van de Indiase consul-generaal.

Openlijke opname was niet mogelijk. Het bezoek zou immers anders verlopen zijn als de VRT toestemming voor opname gevraagd had. Ondanks eerdere toezegging werden de personen die in beeld kwamen niet onherkenbaar gemaakt, omdat het bezoek verliep in een professionele context.

1. Over het werken met een verborgen camera (...) Gelet op de gevoelige aard van het onderwerp, met name het feit dat er in dezelfde periode een groot onderzoek gevoerd werd naar fraude in de diamantsector, kon de VRT er vanuit gaan dat het bezoek anders zou verlopen zijn bij openlijke opname of indien er vooraf toestemming voor opname zou zijn gevraagd, en dat een vraag om toestemming bijgevolg weinig zin had.

Het bezoek van de magistraten aan de tempel werd mee georganiseerd door de rechtbank van eerste aanleg en gebeurde in een professionele context. Tegelijk had het scramblen van de beelden de indruk kunnen wekken dat de betrokkenen verdacht waren. Om die redenen was een uitzondering op het beginsel dat bij verborgen opnames betrokkenen niet identificeerbaar mogen zijn, volgens de Raad in dit geval verantwoord. Bovendien heeft de VRT op vraag van klager bij heruitzendingen de betrokkenen onherkenbaar gemaakt.

De VRT nam de beslissing om te werken met verborgen camera in overleg met de hoofdredactie en de deontologische adviesraad.

De Raad is daarom van oordeel dat aan de voorwaarden voor verborgen opnames, zoals omschreven in de richtlijn bij artikel 17 van de Code, voldaan is.

2. Over de bewering van ‘normvervaging’ De reportage over het tempelbezoek werd pas een maand na de feiten uitgezonden, niet in een Panorama-uitzending waarvoor ze oorspronkelijk bedoeld was, maar als een nieuwsitem, en werd uitdrukkelijk gekoppeld aan nieuwe berichtgeving over een huiszoeking bij het parket. In de commentaar bij het item over het tempelbezoek wordt weliswaar ontkend dat het tempelbezoek en de huiszoeking iets met elkaar te maken hebben. Maar door beide met elkaar in verband te brengen en daarbij de term ‘mogelijke normvervaging’ te gebruiken, wordt het tempelbezoek in een specifieke negatieve context geplaatst. Dit kan echter niet als een beroepsethische fout worden beschouwd.