Door Schoonheidsschool ontwikkelde theorieën zijn luchtkastelen die geen band meer hebben met de werkelijkheid

Rechtbank van Koophandel Antwerpen, afd. Antwerpen, 3 mei 2018 en Rechtbank van Koophandel Antwerpen, afd. Antwerpen, 14 december 2017, IEFbe 2573 (Lesley-Ann Poppe en VZW I-Learning tegen BVBA Belenus en VZW Schoonheidsschool) Handelsnaamrecht. Merkenrecht. Eind augustus 2017 werd de Schoonheidsschool in gebreke gesteld door mevrouw Poppe wegens schending van haar recht op naam, aanhaking aan haar bekendheid en verwarringstichting (zie IEFbe1546). De Schoonheidsschool had een aantal benamingen met de bestanddelen ‘Lesley-Ann’ en ‘Poppe’ geregistreerd als Beneluxmerk en had er bij Google voor gezorgd dat mevrouw Poppe haar eigen naam niet meer kon registreren of gebruiken als zoekwoord. Het gebruik van de naam van mevrouw Poppe door Benelus en de Schoonheidsschool is onrechtmatig. Zij falen aan te tonen dat zij deze handelsnaam in het verleden zelf zouden hebben gebruikt. De juridische theorieën die zij ontwikkelen zijn luchtkastelen die geen enkele band meer hebben met de werkelijkheid. Nu blijkt dat de naam van mevrouw Poppe niet als handelsnaam wordt gebruikt, kan zij ook onmogelijk haar toestemming hiertoe hebben gegeven. De merkregistraties zonder de toestemming van mevrouw Poppe zijn onrechtmatig en er is sprake van depots te kwader trouw. De merken zijn nietig.

1. In de eerste orde vordert mevrouw Poppe dat Benelus en de Schoonheidsschool op onrechtmatige wijze gebruik maken van haar naam. De rechtbank moet haar daarin volgen.

Deze zaak is in wezen zeer eenvoudig: Benelus en de Schoonheidsschool beweren rechten te kunnen laten gelden op de naam Lesley-Ann Poppe door het vóórgebruik ervan, maar falen op de meest absolute wijze als het erop aankomt aan te tonen dat zij deze naam in het verleden zelf zouden hebben gebruikt. De juridische theorieën die zij ontwikkelen (de rechtbank spreekt hier bewust niet van spitstechnologie) zijn luchtkastelen die geen enkele band meer hebben met de werkelijkheid.

3. Nu blijkt dat de naam van mevrouw Poppe niet als handelsnaam wordt gebruikt, kan zij ook onmogelijk haar toestemming hiertoe hebben gegeven.

6. Het de registratie van merken in kwestie zonder de (huidige) toestemming van mevrouw Poppe is dan ook onrechtmatig en maken daarom depots te kwader trouw uit, waarvan zij terecht de nietigverklaring van kan vorderen.