Arts wordt relatief publieke persoon door opzienbarende rechterlijke beslissing
Hof van beroep Brussel 30 juni 2015, IEFbe 1451 (Palliatieve zorgen)
Uitspraak aangebracht door Edward Taelman, Allen & Overy. Mediarecht. Persrecht. Privacy. oor kankerpatiënte en haar familie werd een eenzijdig verzoek tot bevelen van kunstmatige ventilatie via een canule uit te voeren, die de arts zou hebben geweigerd vanwege de uitzichtloze situatie. Deze beschikking zou in strijd zijn met het beginsel dat een arts geen behandeling uit te voeren die geen positieve gevolgen kan hebben. Over deze beslissing is bericht in media. Uit de getrapte aansprakelijkheid uit artikel 25 lid 2 van de gecoördineerde Grondwet volgt dat de uitgever, drukker of verspreider niet vervolgd kan worden. De hoofdredacteur valt niet hieronder. De artikels getiteld "Iemand van 98 krijgt geen medicamenten meer" en "Nog klachten over diensthoofd palliatieve zorgen in Halle", "Rechter dwingt dokter om patiënt te behandelen", dit is voorwerp van een sterk maatschappelijk debat. De RvdJ [2009-07] wordt aangehaald: Het noemen van de naam van klager en tonen van zijn foto is geen inbreuk op privacy, de persoonlijke levenssfeer is nooit aan bod en er is gelegenheid geweest om te reageren, waar de voorkeur niet aan werd gegeven. Appellant wordt telkens afgebeeld in zijn doktersjas dus als professioneel in het vak en volledig neutraal. Het vonnis wordt bevestigd.
3.4. Appellant beklaagt er zich tenslotte over dat zijn recht op afbeelding zou zijn geschonden in twee van de geciteerde artikels.
De publicatie van een afbeelding van (relatief) publieke personen of van particulieren die in een actualiteit van algemeen belang betrokken zijn, maakt geen fout uit wanneer de publicatie strekt tot een informatie in het kader van deze actualiteit en niet gepaard gaat met een inbreuk op het recht op privacy.
Het recht op informatie ontstaat wanneer de actualiteit het privédomein overstijgt en een kwestie van algemeen belang wordt waardoor het recht op afbeelding in zeker mate ophoudt toe te behoren aan de oorspronkelijke titularis om het voorwerp te worden van een recht op informatie van de bevolking.
Appellant wordt telkens afgebeeld in zijn doktersjas dus als professioneel in het vak en volledig neutraal. De afbeeldingen zijn geenszins kwetsend of spottend. Op die foto's kan nergens enig verband worden gelegd met het privé-even van appellant. Uit die gepubliceerde foto's kan geen inbreuk op de privacy worden afgeleid. Hij kwam in de actualiteit n.a.v. een beschikking genomen op eenzijdig verzoekschrift en uitgesproken op 16 mei 2008. Deze beslissing werd doro een aantal geneesheren als 'opzienbarend' beschouwd en 'in tegenstrijd met hun deontologische code'. Niet alleen het Laatste Nieuws deed hierover berichtgeving, maar vele andere media. Hierdoor werd appellant een relatief publieke persoon.
De Privacycommissie waartoe appellant zich gericht heeft, stelde in haar brief van 20 januari 2010 dat wat het bekendmaken betreft van persoonsgegevens (naam, voornaam, afbeelding) de toestemming van de betrokkene slechts één van de toelaatbaarheidsgronden is opgesomd in artikel 5,a van de Privacywet (...)