Gepubliceerd op vrijdag 31 augustus 2018
IEFBE 2709
Antwerpen(afd. Tongeren) - Anvers(div. Tongres) ||
5 mei 2018
Antwerpen(afd. Tongeren) - Anvers(div. Tongres) 5 mei 2018, IEFBE 2709; (Print Equipment tegen verweerder), https://ie-forum.be/artikelen/stakingsvordering-van-print-equipment-toegewezen-wegens-dezelfde-handelsbenaming-en-logo

Stakingsvordering van Print Equipment toegewezen wegens dezelfde handelsbenaming en logo

Voorz. Rechtbank van Koophandel Antwerpen (afd. Tongeren) 5 mei 2018, IEFbe 2708 (Print Equipment tegen verweerder) Handelsnaamrecht. Print Equipment baat een handel uit in printers, inktpatronen en kantoorbenodigdheden en huurde van verweerder een handelspand. Na afloop van de huur hing er nog een reclamespandoek van Print Equipment aan de gevel. Print Equipment heeft dit gekoppeld aan het feit dat de verweerder eenzelfde handelsactiviteit opstartte. Print Equipment liet hiervan een vaststelling doen. Print Equipment vordert onmiddellijke stopzetting van het gebruik van de handelsnaam en het logo. Daags daarna startte de verweerde een procedure tegen Print Equipment. Hij vorderde dat Print Equipment het spandoek weghaalt. Bij vonnis van 25 april 2017 werd beslist dat de vordering ongegrond is nu de verweerder had gevraagd om het spandoek te laten hangen. Gelet op dit vonnis wordt de stakingsvordering van Print Equipment toegewezen.


3. Bij vonnis van 25 april 2017 besliste de Heer Vrederechter te GENK de vordering van de verweerder als ongegrond af te wijzen en hem te veroordelen tot kosten, onder motivering:
- dat de huurder het spandoek blijkbaar op vraag van de verhuurder had laten hangen nu hiervoor geen voorbehoud werd gevorderd door de huurder n de huurwaarborg werd vrijgegeven.
- dat de huurder het plastieken spandoek aan de verhuurder had gelaten, die het dan kon bedrukken met zijn eigen reclame.
- dat de huurder de verwijdring van het spandoek niet vorderde voor de Vrederechter.
- dat de aanwezigheid van tekeningen, logo's en krammen in de zijmuur uit niets bleek.

5. Uit de behandeling ter zitting van 28 april 2017 is onder meer gebleken:
- dat verweerder inmiddels na het vonnis van de Vrederechter het spandoek zou hebben verwijderd.
- dat er aan de verweerder geen andere inbreuken op de eerlijke handelspraktijken worden verweten.
De rechtbank besluit hieruit dat de vordering wellicht zonder voorwerp is geworden. In deze omstandigheden komt het aangewezen voor de hiernavolgende veroordeling uit te spreken, gezien deze zonder gevolg zal blijven indien verweerder de waarheid sprak op de zitting van 28 april 2017.